Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

"Elke dag onze levenstent verzetten"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

"Elke dag onze levenstent verzetten"

Ds. A. Stehouwer (67) emigreerde als verpleger en kwam terug als dominee

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

VLAARDINGEN - "We hebben hier geen blijvende stad hoor. We moeten leren elke dag onze levenstent te verplaatsen; steeds dichter bij Huis". Ds. A. Stehouwer wil dat vooral benadrukt zien. Hij was christelijk gereformeerd predikant te Vlaardingen. Vrijdagavond preekte de nu 67-jarige predikant afscheid. De emeritus gaat in de pastorie in Zuidland wonen, om daar kerkelijke hand- en spandiensten te verrichten.

Boven het leven van de predikant en zijn vrouw kan heel goed "wonderlijke leiding" geschreven worden. Want wie emigreert er nu als verpleger in de psychiatrie naar Canada, om daar de roeping tot het ambt te ontvangen en later als al wat oudere predikant naar Nederland terug te komen. "En dan nog wel naar Nijkerk, als opvolger van wijlen ds. R. Kok, de bekende predikant die zo welmenend het aanbod van genade preekte". Ds. Stehouwer en zijn vrouw hebben nog goede herinneringen aan het echtpaar Kok. "Als je bij hen op bezoek was, proefde je iets van het voorportaal van de hemel", zeggen beiden. De predikant vult aan: "Als je bij hem kwam, zat hij met de Bijbel voor zich. Het Woord was zijn lust en zijn leven".

Terugkijkend verbaast het zeker mevrouw Stehouwer niet dat haar man predikant werd. "Hij was voor ons trouwen al geïnteresseerd in Gods Woord en in de wijze waarop de Heere doorwerkte. Zijn hart ging er naar uit. Dat trof me". In Canada kon hij wel aan de slag, maar hij moest aanvullende examens doen, waaronder het afmaken van de middelbare school. Hij deed dat zes jaar lang in de avonduren en een jaar voltijds.

Admissie

Toen brak het besef door van de roeping tot het ambt. Onder andere Johannes 3 vers 34 werd hem indachtig: "Want Dien God gezonden heeft, Die spreekt de woorden Gods; want God geeft Hem den Geest niet met mate". Hij legde het admissie-examen af van de Free Reformed Churches, die toen twaalf gemeenten telden en een zusterband hebben met de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland.

De verpleger besprak zijn roeping met de oude ds. J. Tamminga. Hij ging poolshoogte nemen bij het Westminster Seminary te Philadelphia. Het werd echter het Calvin College & Seminary in Grand Rapids.

Opgave

Financieel was het allemaal een zware opgave. Maar ook hier gold dat de wegen wonderlijk werden geleid. "We reden met de auto naar Grand Rapids, tien uren lang. Hoewel we de diploma's opgestuurd hadden, was er nog geen bericht van toelating. We kwamen aan, vonden een pensionadres en hoorden op 'Calvin' dat alles in orde was. In het pension was een appartement beschikbaar. Daar woonde ook een broer van de pensionhoudster. Hij had verpleeghulp nodig. Student Stehouwer verdiende er zo wat bij".

Naar 'Calvin' kijkt ds. Stehouwer met dankbaarheid terug. "Dat was toen een behoudende opleiding, waar de behoudende theoloog prof. John Murray wel gastcolleges kwam geven". Als de dag van gisteren herinnert de predikant zich dat aan het eind van de studie een van de hoogleraren de geslaagde theologiestudenten toesprak. "Jullie hebben nu wel theologie gestudeerd. En jullie gaan de kerken dienen. Maar is het wel door jullie ziel gegaan, want hoe zul je anders dienaar van het Woord kunnen zijn?". Alle studenten waren tot tranen bewogen.

In 1967 was ds. Stehouwer beroepbaar. Hij werd in alle zes vacante kerken beroepen. "In mijn studententijd ging ik een keer in Artesia (Californië) preken. Vijf weken lang. We reden er vijf dagen over, heel de States door. De eerste keer dat ik voorging, kwam er nauwelijks iemand opdagen. De vijfde week zat de kerk vol".

Doop en belijdenis

Ds. Tamminga bevestigde de student in Chatham. "Daar woonden veel Friezen die uit 'de Wouden' kwamen. Ook woonden er Groningers. Het gebeurde wel dat bij een doopsbediening man of vrouw geen belijdenis had gedaan. Dat deed je in die Friese visie eigenlijk pas als je bekeerd was. De kerkenraad probeerde voorzichtig daarin een meer gereformeerde koers te varen. Ik weet nog wel dat ik een vader vroeg of hij "ja" kon zeggen op de doopvragen. Dat beaamde hij. "Met heel mijn hart". Waarop ik vroeg wat hem dan verhinderde belijdenis te doen. Hij deed het toen".

In 1972 wist ds. Stehouwer zich geroepen naar het Canadese London. Hij kijkt op die periode terug als een tijd waarin de Heere enerzijds krachtdadig werkte, maar anderzijds door de opening van het Woord 'gewoon' Zijn weg ging.

Krachtdadig

Dat de Heere krachtdadig werkte, merkte hij toen een immigrant, die uit de bevindelijke hoek kwam maar er twaalf jaar niets aan had gedaan, een auto-ongeluk kreeg. "Hij lag weken in coma. Toen hij bijkwam, zei hij dat de Heere hem stilgezet had. Eerst kwam hij schuchter achter in de kerk en verdween als eerste. Maar mijn vrouw zorgde ervoor dat zij met hem in gesprek kwam. Het werd een zeer ernstig gemeentelid en ook zijn eerder nauwelijks meelevende vrouw ging volledig mee. Aan tafel las hij eerst uit de Bijbel en sloeg daarna de bijbelverklaring van Matthew Henry er op na. Hij probeerde als het ware in te halen wat hij overgeslagen had. Zijn kinderen op catechisatie wisten in het begin niet eens dat Genesis een bijbelboek was".

Dat de Heere ook in alle stilte Zijn weg gaat, merkte de predikant ook toen hij later terugkwam in gemeenten en soms lastige catechisanten van weleer terugzag als ambtsdragers.

Vervolgens werd zijn weg geleid naar Aldergrove. In 1981 preekte de Canadese dominee in Nederland op enkele plaatsen, waaronder Urk, Nieuwpoort en Nijkerk.

Geopende deur

"Terug in Canada, preekte ik over Openbaring 3 vers 8, waar staat dat God een geopende deur gaf. Tegen mijn vrouw zei ik na die preek: We gaan hier weg. Ze reageerde door te zeggen dat er helemaal geen beroep lag. Praat er maar niet meer over, zei ze. Vlak daarna kwam het beroep uit Nijkerk, per telefoon aangekondigd. Dat we terugmoesten naar Nederland was moeilijk te begrijpen. Onze twee kinderen waren tien en twaalf jaar. En dan emigreren: naar Nijkerk".

De eerste ontmoeting met de toen al geëmeriteerde ds. Kok bleef hem bij: "Hij keek me aan, zei dat ik van mensen geen verwachting moest hebben".

Ds. Stehouwer vindt "met John Owen" dat er gepreekt moet worden dat we verloren gaan vanwege ons ongeloof. "En met Luther wijs ik altijd op het feit dat we gedoopt zijn en dat dat ons verantwoordelijk maakt, maar ook mag doen pleiten op Zijn beloften. En: het Woord zelf moet het doen".

Getrouw

In 1988 voerde zijn weg naar Vlaardingen, waar hij ds. B. de Romph opvolgde. De Vlaardingse kerkenraad heeft hij altijd gezien als een hecht, eensgezind team. Hij kwam terecht in de gemêleerde classis Rotterdam. De predikant zegt er weinig over, behalve dat het enige waar mensen voor buigen het Woord zelf is. "Omdat de Heere getrouw is".

De kern van prediking en ambtelijke bediening is voor dominee Stehouwer: "Nooit te goed spreken van de genade van de Heere. Een van Bunyans boeken zegt het treffend: Genade overvloeiende voor de voornaamste der zondaren" .

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 13 januari 1998

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

"Elke dag onze levenstent verzetten"

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 13 januari 1998

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's