Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Volkslied en vlag verdelen Japanse volk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Volkslied en vlag verdelen Japanse volk

Omstreden "Hinomaru" en "Kimigayo" officieel tot nationale symbolen gemaakt

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

OSAKA - Meer dan duizend jaar geleden schreef een nu onbekende Japanse dichter een vers om de keizer te verheerlijken. "Heers mijn heer, totdat wat nu kiezels zijn, in eeuwigheid zal groeien tot een rots." Of iets van dien aard, er bestaat namelijk geen officiële vertaling voor dit gedicht. Dit gedicht, sinds 1880 officieus het volkslied van Japan, verscheurt het land sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog.

In Hiroshima, een stad met vreselijke herinneringen aan de atoombom die mede een eind maakte aan de Tweede Wereldoorlog in het Verre Oosten, pleegde een rector van een middelbare school in februari zelfmoord vanwege dit lied. Om een grotere controverse te voorkomen besloot het Japanse parlement maandag het gedicht het officiële volkslied van Japan te maken.

"Ik heb geen andere keuze, en ik weet niet meer wat juist is en wat niet", zo schreef de 58-jarige rector Ishikawa voordat hij op 28 februari zichzelf het leven benam. Het was een tragisch einde van een discussie tussen de Prefecturale Onderwijs Commissie van Hiroshima en de leerkrachten van Ishikawa's school. De commissie eiste dat "Hinomaru", de Japanse vlag, en "Kimigayo", het volkslied, gehesen en gezongen zouden worden tijdens een ceremonie voor geslaagden. Het onderwijzend personeel was er fel tegen, maar de commissie viel niet om te praten. Het protest verspreidde zich al snel rond de gehele prefectuur. De rector zat tussen de twee partijen klem. Na maanden van tergende vergaderingen, in een positie waarin hij de eisen van de commissie moest uitvoeren maar niet in staat was zijn leerkrachten te overtuigen, verloor hij uiteindelijk alle hoop.

De commissie legde onmiddellijk de schuld voor de dood van rector Ishikawa op de schouders van de docenten. Maar Ishikawa was een man die waarschijnlijk beter de gevoelens rond "Hinomaru" en "Kimigayo" aanvoelde dan de commissie. Op 16 oktober vorig jaar liet hij zelfs 200 leerlingen van zijn school naar Zuid-Korea reizen. Daar boden zij officieel verontschuldigingen aan voor Japanse wreedheden in dat land tijdens meer dan 35 jaar van kolonisatie.

Oorlogssymbool

Vooral in Hiroshima staan "Hinomaru" en "Kimigayo" symbool voor oorlogvoerend Japan. Door scholen te dwingen het volkslied te zingen en de vlag te hijsen, worden volgens velen in de prefectuur de daden van Japan tijdens de jaren dertig en veertig goedgepraat. Volgens anderen vereert het volkslied de keizer, hoewel weinigen het erover eens zijn wat "Kimigayo" nu precies betekent; het woordgebruik is gewoonweg te archaïsch.

Na de dood van rector Ishikawa kwam er onmiddellijk een hernieuwde actie op gang om de vlag en het lied alsnog officieel te maken. De voorzitter van de Prefecturale Onderwijs Commissie van Hiroshima zei dat als "Hinomaru" en "Kimigayo" wettelijk zouden zijn vastgesteld, zijn "collega" niet het "slachtoffer" was geworden. Hoewel hij het niet zei, doelde de voorzitter er waarschijnlijk op dat scholen gemakkelijker gedwongen konden worden de vlag en het volkslied onderdeel van schoolceremonies te maken - dat is precies waar de leerkrachten zo bang voor zijn. Die willen dat dit een vrije keuze blijft.

Nobuo Takahashi, hoofd van de bond van leerkrachten van Hiroshima, zei: "De rector van Sera High School zat gevangen in een situatie waarin hij geen keuze had. Het incident heeft ons een les geleerd. Niet dat we "Hinomaru" en "Kimigayo" wettelijk moeten vaststellen, maar dat niemand in het openbaar onderwijs gedwongen moet worden zich te gedragen tegen de eigen vrije wil."

Maar de krachten voor wetgeving werkten op volle kracht. Belangrijk was de zware steun die premier Obuchi gaf aan de voorstellen voor de nieuwe wetgeving, daarmee ingaand tegen de keuze van zijn partij, de liberaal democraten (LDP). Zij willen namelijk dat van scholen geëist wordt dat zij de vlag hijsen en "Kimigayo" zingen. Obuchi vond dat te ver gaan. "Scholen moeten niet door de wet gedwongen worden", zei hij tijdens een toespraak aan het Japanse parlement in juli.

Dat de discussies het Japanse volk in het hart troffen, bleek uit de enorme media-aandacht en de publieke reacties. Op 6 juni stak een 29-jarige man een 57-jarige rector van een middelbare school in Osaka neer. Om de vlag en het volkslied te promoten, legde hij later uit. In Hiroshima tekenden liefst 60.000 inwoners hun naam onder een petitie die tegen de wetgeving protesteerde. Het Japanse ministerie van Onderwijs verhevigde het debat door in juni uitgevers van schoolboeken te vragen uiteenzettingen in hun uitgaven op te nemen die respect voor vlag en volkslied moeten opwekken. Dit was een symbolisch belangrijke datum: precies tien jaar geleden begon het ministerie namelijk met scholen te overreden "Hinomaru" en "Kimigayo" officieel deel van schoolceremonies te laten uitmaken. Volgens het ministerie doet 80 procent van de scholen dat nu. Een uitzondering is Hiroshima, waar slechts negentien van de 102 middelbare scholen vlag en volkslied eren tijdens ceremonies voor geslaagden.

Publieke opinie

Officiële cijfers van het aantal Japanners dat het ermee eens is dat de vlag en het volkslied nu officieel worden, zijn er niet. In 1974 was 84 procent ervoor dat de vlag officieel gemaakt werd, 77 procent dacht hetzelfde over het volkslied. The Japan Times interviewde in juli honderd Japanners in Tokio, Osaka en Hiroshima: 88 procent was voor een officiële vlag, maar slechts 57 procent voor een officieel volkslied. Velen opperden dat er een modernere versie geschreven moest worden. Blijkens een landelijk onderzoek van de krant Yomiuri dacht 68 procent van de ondervraagden positief over nationale vlag en volkslied. Het Japanse parlement was niet verdeeld. Tijdens de stemming van de Japanse Tweede Kamer afgelopen maand stemden er slechts 86 tegen en 403 voor het wetsvoorstel. Zelfs weinig oppositieleden waren tegen het wetsvoorstel. Enkel de sociaal-democraten en de communisten keerden zich fel tegen het wettelijk maken van "Hinomaru" en "Kimigayo". Maandag stemden in de Eerste Kamer 166 leden voor en 71 leden tegen. Volgend jaar voorjaar vinden de eerste schoolceremonies plaats waar "Hinomaru" en "Kimigayo", nu wettelijk de vlag en het volkslied van Japan, wederom een geschilpunt kunnen worden. Met een overheid die zich nu stevig in de schoenen voelt staan, zal het debat waarschijnlijk nog feller oplaaien in Hiroshima.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 augustus 1999

Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's

Volkslied en vlag verdelen Japanse volk

Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 augustus 1999

Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's