Theoloog, pedagoog, sociaal hervormer
Geboren leider, begenadigd opvoeder, wedergeboortetheoloog, sociaal hervormer. Woorden die van toepassing zijn op de achttiende-eeuwse piëtist August Hermann Francke. Als een magneet oefende hij aantrekkingskracht uit op kind en volwassene, rijk en arm, geleerd en eenvoudig.
Of je nu kind bent of volwassen, Francke vond dat iedereen eigenlijk een opvoeding nodig heeft, een opvoeding namelijk tot het geloof. Daarin zag hij de grondslag en het uitgangspunt van elke ontwikkeling in de samenleving. Volgens Francke hoort het leiden naar de bekering principieel bij het proces van opvoeden. Wil en verstand dienen door de opvoeder aangesproken en in beweging gezet te worden. "De juiste zorg voor het gemoed betreft zowel wil als verstand. Waar men een van beiden laat schieten, valt er niets goeds te hopen. Het meest is wel daaraan gelegen dat de natuurlijke eigenwil van het kind wordt gebroken", zegt Francke.
Drie deugden had deze pedagoog hoog in het vaandel staan: liefde tot de waarheid, gehoorzaamheid en vlijt. Francke wilde in de opvoeding uitersten mijden, hij beoogde een ideale opvoedingsatmosfeer te scheppen waarin plaats is voor het autoritair de norm stellen -het opeisen van onvoorwaardelijke gehoorzaamheid- en waarin tegelijk ruimte is voor liefdevolle aandacht en genegenheid voor het kind.
In zijn scholen nam het handwerk een belangrijke plaats in. Glasslijpen, in de tuin werken en allerhande andere huishoudelijke taken kregen grote aandacht in het leerprogramma. Als een van de eersten gebruikte Francke bij het onderricht van kinderen modellen als voorbeeld. Bijbelse taferelen werden gedetailleerd nagebouwd en zo de leerlingen voor ogen gesteld. De kamer met "naturalia" -allerlei voorwerpen afkomstig van vreemde volken-, de astronomische kamer en de botanische tuin maakten vanzelfsprekend deel uit van Franckes onderwijs. Hij leidde zijn leerkrachten op om de kinderen "met lust" de stof bij te brengen.
Als theoloog werd hij blijvend door zijn eigen bekeringservaring beïnvloed. Van die ervaring heeft Francke uitvoerig verslag gedaan in een autobiografisch document dat nog wacht op een Nederlandse vertaling. In de orde des heils, leert Francke, neemt de bekering een belangrijke plaats in. Bekering wil zeggen: de dood van de oude Adam en de wedergeboorte van een nieuwe mens door de rechtvaardiging uit het geloof alleen.
Met Luther definieert hij het geloof als een "levend en werkzaam ding", dat een totale overgave van de hele persoonlijkheid vraagt. Hij keert zich tegen dansen, kaartspelen, dobbelen en theaterspel. Francke is radicaal en wellicht wat eenzijdig: van een leer van zogeheten "adiafora" -middelmatige dingen die noch goed noch kwaad in zichzelf zijn- wil hij niet weten. Deze afkeuring heeft piëtisten vaak het beeld van farizeeërs opgeleverd, mensen die niets mogen en die niet deelnemen aan de cultuur van hun tijd. Op Francke slaat dat beeld in geen geval: zijn sociale en pedagogische werk was breed opgezet, zijn betrokkenheid bij de hulpbehoevende mens groot. Francke heeft laten zien dat het piëtisme als vroomheidsbeweging een actieve betrokkenheid bij de sociale ellende in de wereld niet uitsluit, maar -als het goed is- juist impliceert. Met Spener wist hij dat armoede een schandvlek is van het christendom, en dat er een band van"heilige broederschap" tussen christenen zou moeten zijn.
Het geloof, aldus Francke, bewijst zich in de naastenliefde. Op de vraag hoe je je christendom het best kunt bewijzen, zei Francke eens: "In de liefde tegenover de naasten, tegenover vrienden en vijanden, en vooral tegenover de behoeftige leden van Christus."
Zelf was hij daarvan het overtuigende bewijs.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 juni 2002
Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 juni 2002
Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's