Herfstdag na een grootse zomer
Wees zuinig met termen als uniek en geniaal in een tijd dat begrippen als deze aan sterke inflatie onderhevig zijn. Maar gebruik ze zonder schroom als iets of iemand ze waard is.
Het gedicht "Herbsttag" is een van de meest bewonderde van Rilke. Wie het Duits machtig is, kan volstaan met het hardop lezen van deze twaalf dichtregels om de bewondering te delen. Wie het met de Nederlandse vertaling moet doen, ervaart wellicht toch voldoende van de kracht van het oorspronkelijke vers - die lezer moet zich dan maar niet te veel gelegen laten liggen aan de gevleugelde uitspraak dat "poëzie is wat verloren gaat in een vertaling."
Toch blíjft het voor de poëzieliefhebber de uitdaging te verwoorden waaróm een gedicht goed is, al weet hij bij voorbaat dat zo'n poging zal tekortschieten.
Is het voldoende te constateren dat de invalshoek buitengewoon is? Geen directe beschrijving van de natuurverschijnselen, maar een vermetel dwingende aansporing, na de aanspraak "Herr".
Er is Rilkes ongeëvenaarde meesterschap over zijn instrument, de taal. Eindeloos is het spel met de klanken, als perfecte vertoning van wat het gedicht wil zeggen. De suggestie van de volle klinkers en de zware medeklinkers is die van rijpheid, de rijpheid van de vruchten en van de wijn. Er is de wending voor de laatste strofe, met de spreekwoordelijk geworden eerste regel. De blik verschuift van de door God beademde en daardoor bezielde natuur, naar de plaats van de mens daarin. Het is de dichterlijke mens, een type dat buiten de gemeenschap staat, buiten de wereld van burgers en kooplui, van brood en spelen, van de toeters en bellen van de techniek, van de moloch van de media.
De nadrukkelijke parallellieën in de laatste regels geven de uitspraken profetische allure, als een zwaarmoedige, maar niet ál te sombere voorzegging van te waken, te lezen en te schrijven -er zijn vele duizenden brieven van Rilke bewaard-, toch geen ál te onaanlokkelijke bezigheden voor de dagen van de herfst. Het is de mens die alleen is ("Wir sind einsam", zei Rilke), buiten wandelend in de lanen, onrustig ("ein unruhiger, immer umherreisender Mensch"), maar de zintuigen gespitst, want wetend van zon en wind, van vruchten en wijn. "Traurig und glücklich", volgens de dichter zelf.
Er is de wetenschap dat Rilke "Herbsttag" schreef in 1902. Hij had een "grootse zomer" doorgebracht op kasteel Haseldorf in Holstein. Pal daarvoor had hij zijn streven een geregeld gezinsleven met vrouw Clara en dochter Ruth te leiden definitief opgegeven. Tot 1921 heeft Rilke niet meer in een eigen huis gewoond. Voor een periode van twintig jaar vormt het derde couplet dus een perfect zelfportret.
Maar nee, ook al deze factoren samen zijn onvoldoende om de vinger te krijgen achter het meesterschap van "Herbsttag" van Rainer Maria Rilke. "Waar het uiteindelijk om gaat is de rilling over de rug en de tranen in de ogen", schreef Maarten 't Hart ooit. En het ondefinieerbare en dus onnavolgbare dat dát teweeg weet te brengen, is dat niet wat we "kunst" noemen?
"HERBSTTAG"
Herr: es ist Zeit. Der Sommer war sehr gross
Leg deinen Schatten auf die Sonnenuhren,
und auf den Fluren lass die Winde los.
Befiehl den letzten Früchten voll zu sein;
gieb ihnen noch zwei südlichere Tage,
dränge sie zur Vollendung hin und jage
die letzte Süsse in den schweren Wein.
Wer jetzt kein Haus hat, baut sich keines mehr.
Wer jetzt allein ist, wird es lange bleiben,
wird wachen, lesen, lange Briefe schreiben
und wird in den Alleen hin und her
unruhig wandern, wenn die Blätter treiben.
Rainer Maria Rilke (1875-1926)
Herfstdag
Heer, het is tijd. Het was een grootse zomer.
Leg nu uw schaduw op de zonnewijzers
en laat de wind over de velden komen.
Gebied de laatste vruchten vol te zijn,
verleen hun nog twee zuidelijker dagen,
stuw ze naar de voldragenheid en jaag
de laatste zoetheid in de zware wijn.
Wie nu geen huis heeft, bouwt het ook niet meer,
wie nu alleen is, zal het lang nog blijven,
zal waken, lezen, lange brieven schrijven
en rusteloos de lanen op en neer
gaan als de wind de blaren voort zal drijven.
(vertaling: Peter Verstegen)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 3 november 2003
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 3 november 2003
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's