Spreken met een glimlach
"Hoe meer iemand met de ogen knippert, hoe minder zelfverzekerd hij overkomt"
De tweestrijd tussen minister Rita Verdonk en staatssecretaris Mark Rutte om het lijsttrekkerschap binnen de VVD maakt nog eens duidelijk wat we allemaal allang weten: niet zozeer wát iemand zegt telt, maar vooral ook de manier waaróp. Mensen letten bewust of onbewust vaak meer op gelaatsuitdrukking en lichaamstaal dan op de inhoud van een speech, zegt communicatiedeskundige Frank van Marwijk. "We kunnen nooit te veel naar elkaar glimlachen, toch?"
Inhoudelijk zijn er nauwelijks grote verschillen tussen Verdonk en Rutte, beiden staan voor dezelfde, liberale beginselen. Maar qua voorkomen, houding en manier van doen lijken de twee niet in het minst op elkaar.
Verdonks uitstraling is nogal grimmig, vindt Frank van Marwijk. "Je ziet het aan haar ogen, aan haar mond. Ze heeft een strakke mimiek. Zeker, ze is oprecht. Je kunt aan haar gezicht aflezen dat het haar menens is. Maar wat meer vriendelijkheid zou haar niet misstaan."
De indruk die Rutte maakt, is menselijker, vindt Van Marwijk. "Je kunt aan zijn gelaatstrekken zien dat hij in het leven staat zoals hij in het leven wil staan. Hij lacht op de juiste momenten, hij maakt zich boos op de juiste momenten en bij dat alles straalt hij een zekere rust uit. Dat maakt dat hij op mensen betrouwbaar overkomt."
Basisemoties
De aandacht voor lichaamstaal in de tweekamp tussen Verdonk en Rutte past in de maatschappelijke trend waarop mediatrainers en communicatiedeskundigen al geruime tijd inspelen: mensen letten niet alleen op wat anderen zeggen, maar ook en vooral op de manier waarop zij hun zegje doen. Goede spreekvaardigheid is belangrijk, beheersing van de lichaamstaal mogelijk nog belangrijker, aldus Van Marwijk.
De communicatiedeskundige uit Voorschoten, sociotherapeut van professie, is vooral gespecialiseerd in lichaamstaal. Alles wat op wetenschappelijk gebied verschijnt, houdt hij bij. Van Marwijk, die een eigen website onder de naam lichaamstaal.nl beheert, organiseert regelmatig cursussen en lezingen voor instellingen en bedrijven. Regelmatig wordt hem door media gevraagd om commentaar te leveren op het doen en laten van BN'ers, bekende Nederlanders. Dit voorjaar verscheen van zijn hand een boekje over lichaamstaal bij baby's.
Van Marwijk verdiept zich onder meer in gezichtsuitdrukkingen. Wat hem intrigeert, is de expressie die mensen op hun gelaat kunnen toveren. Zes basisemoties liggen er volgens hem aan ten grondslag: boosheid, verdriet, vreugde, angst, walging en verrassing. "Die basisgevoelens kunnen door de context een andere kleur krijgen", zegt hij. "Verdriet bij een sterfgeval verandert in droefheid. Is er sprake van een slecht examenresultaat, dan spreken we over teleurstelling. De fysieke gezichtsuitdrukking blijft hetzelfde: de ogen staan somber, de blikrichting is vaak neerwaarts gericht. Maar de omstandigheden maken het verschil."
Sollicitatiegesprek
Gemiddeld hebben mensen tijdens een gesprek 30 procent van de tijd oogcontact. "Dat lijkt weinig, maar die tijd is wel in belangrijke mate bepalend voor de sfeer waarin de ontmoeting plaatsheeft.
Een klassiek voorbeeld is het sollicitatiegesprek. De manier waarop iemand kijkt en erbij zit, maakt meer duidelijk dan wat hij zegt. Natuurlijk, het is een eerste indruk, maar toch kan die van invloed zijn op het vervolg van het contact. Een manager krijgt er een goed gevoel bij of niet. Dat gevoel bepaalt welke vragen hij stelt, de vragen die hij stelt bepalen het verloop van het gesprek; het één hangt nauw samen met het ander."
Iemand echt in de ogen zien, schept een band. Maar te lang elkaar aanstaren kan juist zorgen voor afstand, al is ook hier de context bepalend, aldus Van Marwijk. Tijdens een zakelijk overleg kan te lang oogcontact krampachtig overkomen, tijdens een persoonlijke ontmoeting kunnen mensen door een te vluchtig oogcontact een onverschillige indruk maken.
De ogen zijn, naar een uitspraak van Leonardi da Vinci, de spiegel der ziel. "Je kunt eraan aflezen hoe iemand naar de wereld kijkt", aldus Van Marwijk. De ogen staan helder of mat, levendig of uitgeblust, betrokken of afwezig.
"Amerikaanse wetenschappers hebben onderzocht of mensen letten op de grootte van de pupillen. Zij hielden foto's voor van twee vrouwen, de een met kleine, de ander met grote pupillen. Wat bleek? De vrouw die grotere pupillen had, oefende meer aantrekkingskracht uit op mensen dan de andere."
Blikrichting
Aan de pupilgrootte valt weinig te doen, anders wordt het bij de knipperfrequentie van de wimpers, zegt Van Marwijk. "Hoe meer iemand knippert, hoe minder vertrouwen hij inboezemt. Tijdens de laatstgehouden presidentsverkiezingen in Amerika hielden onderzoekers bij hoe vaak George W. Bush en John Kerry met hun ogen knipperden. Bush won die test met glans. Hij werd als zelfverzekerdste persoon aangewezen."
Volgens Van Marwijk kan ook informatie worden ontleend aan iemands blikrichting. "Als wij onszelf iets in herinnering brengen, kijken de meesten van ons in de regel van links naar rechts. Dat houdt verband met de werking van onze hersenen. Destijds was prinses Margarita in het nieuws over het vermeende afluistermicrofoontje bij de Rijksvoorlichtingsdienst. Tijdens een tv-vraaggesprek keek ze voortdurend naar de rechtse benedenhoek van het scherm. Op het moment dat haar gevraagd werd of het microfoontje er echt zat, keek ze heel even naar links en naar boven. Ze reconstrueerde kennelijk iets dat ze zich niet goed meer herinnerde."
Ogen spelen een belangrijke rol in de sturing van een gesprek. "Als je met iemand overleg voert, kun je bijvoorbeeld het woord vasthouden en je zin afmaken door opzij te kijken. Heb je gezegd wat je wilde zeggen, dan kijk je je gesprekspartner weer aan. Wil je bijval voor wat je zei, dan richt je je blik op het moment waarop je stopt met spreken, op iemand van wie je weet dat hij het met je eens is."
Speelglimlach
Zeker zo belangrijk voor de gezichtsexpressie zijn de wenkbrauwen. "In tegenstelling tot wat veel mensen denken bepalen die in veel grotere mate de gelaatsuitdrukking dan de mond", zegt Van Marwijk. "Staan ze gefronst richting de neus, dan duidt dat op boosheid; wijzen ze omhoog, dan is er sprake van droefheid. Opgetrokken wenkbrauwen weerspiegelen verbazing."
Een niet te versmaden aspect van mimiek is de glimlach. Van Marwijk onderscheidt verschillende soorten. Bij de speelglimlach gaat het om de ontspannen lach die mensen ontwapent en vertrouwen inboezemt. "De mond is daarbij geopend, de tanden zijn bedekt door de lippen", legt Van Marwijk uit. "Zo'n glimlach duidt op pret, op vermaak."
Is de glimlach gesloten, waarbij de lippen op elkaar blijven, dan lacht iemand uit beleefdheid. Anders wordt het bij de brede glimlach, waarbij het gebit wordt blootgelegd. Van Marwijk: "Zo'n glimlach komt voort uit spontaniteit. Zij werkt verbindend." Bij de bovenglimlach worden alleen de boventanden getoond. De betekenis is van sociale aard: vriendelijkheid. Bij de onderglimlach toont iemand alleen zijn ondertanden, zij duidt op intimidatie en bedreiging.
Manipuleren
Communicators kunnen van dit soort gegevens handig gebruikmaken, zegt Van Marwijk. Met kennis over lichaamstaal kunnen mensen de expressie op het gelaat van anderen interpreteren. "Natuurlijk, je moet voorzichtig zijn. Woorden blijven voor mij primair, lichaamstaal is vooral ondersteunend. Mij werd destijds gevraagd of ik kon zien of prinses Margarita de waarheid sprak of iets uit haar duim zoog. Zover wilde ik niet gaan. Het enige wat ik zag, was dat de vraag haar zichtbaar emotioneerde.
Toen prinses Mabel de vraag voorgelegd werd of zij een relatie met Klaas Bruinsma had gehad, constateerde ik dat haar lippen ietsje samentrokken, het duurde slechts een fractie van een seconde. Kennelijk werd zij er negatief door geraakt."
Soms is de lichaamstaal nauwelijks voor tweeërlei uitleg vatbaar. Van Marwijk noemt als voorbeeld de zogenaamde "pokerface", een gezicht dat een volstrekt neutrale uitstraling heeft. "Zo'n gezicht kun je niet maken als je onverwachts hoort dat een collega met wie je heel veel moeite hebt, ontslag krijgt. Je kunt het wel als je op die boodschap bent voorbereid en je je hebt voorgenomen om niet te laten merken hoe blij je er eigenlijk mee bent."
Mensen kunnen lichaamstaal volgens Van Marwijk bewust inzetten, bijvoorbeeld om een boodschap des te beter te laten overkomen. "Met een goede glimlach kun je sympathie betuigen. Je kunt er ook mee duidelijk maken dat je verlegen bent onder een bepaalde situatie. Of je gebuikt een glimlach om een gesprek te reguleren. Het helpt je in het communiceren met anderen als je je van de mogelijkheden bewust bent."
Met lichaamstaal kunnen mensen ook manipuleren. "Als je merkt dat het tonen van blijdschap ongepast is en je geen pokerface kunt maken, kun je kiezen voor een tegenovergestelde emotie, bijvoorbeeld die van verontwaardiging."
Cartoons
Lichaamstaal kan gefingeerd en geveinsd zijn. Mag iemand gezichtsuitdrukkingen gebruiken die niet corresponderen met zijn innerlijk? Van Marwijk denkt er genuanceerd over. "Het gaat om authenticiteit, om echtheid, zeker. Maar ik zie niet in waarom het verkeerd is om middelen in te zetten waardoor mensen dichter bij elkaar komen. De uitstraling van Rita Verdonk komt op mij niet vriendelijk over. Met mimiek zou ze daar iets aan kunnen doen. Het mooie is dat iemand die vriendelijk doet, naar mijn overtuiging ook vriendelijk wordt."
Mimiek kan de stemming van mensen veranderen, zegt Van Marwijk. "Een student in Amerika toonde dat aan met hulp van cartoons die hij voorlegde aan verschillende groepen mensen. Vooraf kreeg de ene groep een potlood tussen de tanden en glimlachte daardoor bij voorbaat. De andere hield een potlood vast tussen de lippen en toonde daarmee meteen al boosheid. De uitkomst was dat de een meer waardering had voor de striptekening dan de ander."
De inzet van lichaamstaal helpt mensen om goed over te komen. Hoe erg is onzekerheid? Van Marwijk: "Onzekerheid is helemaal niet erg, we zijn allemaal mensen. Maar ik zeg er wel bij: Als je je onzeker voelt in een gesprek, maak dan op natuurlijke wijze gebruik van eenvoudige manieren om je communicatie te verbeteren. Door met een open mond te glimlachen, ga je dieper ademhalen en beleef je je emoties intenser."
"Met lichaamstaal liegen
we minder gemakkelijk"
Herkenning van lichaamstaal in het algemeen en gezichtsexpressies in het bijzonder geldt als een van de belangrijke eigenschappen waarover goede leiders beschikken. Om ze daarop te kunnen onderzoeken werkt de Universiteit van Nijmegen samen met die van Tilburg aan een speciale emotionele intelligentietest.
De test is ontwikkeld in Canada, de universiteiten hopen een vertaalslag te kunnen maken naar de Nederlandse samenleving. De komende drie jaar gaat een promovendus ermee aan de slag, aldus prof. dr. A. Vingerhoets, hoogleraar psychologie aan de Universiteit van Tilburg.
Er is volgens prof. Vingerhoets een reeks van tests op de markt, maar ze missen veelal een deugdelijke wetenschappelijke onderbouwing. "Bureaus die assessments uitvoeren, hebben behoefte aan een onderzoek waaruit de sociale intelligentie van mensen vrij objectief kan worden gemeten. Kandidaten krijgen daarbij bijvoorbeeld gezichten voorgelegd en moeten aangeven welke emotie daaruit spreekt."
De waarde die mensen toekennen aan emotionele intelligentie, is groot, zegt prof. Vingerhoets. Binnen het vakgebied van de psychologie is er sinds de jaren tachtig nadrukkelijk aandacht voor. "Het is belangrijk om emoties bij anderen te herkennen én om er zelf in je doen en laten rekening mee te houden. Als je als manager hoort dat je medewerkers ja zeggen tegen een voorstel kun je weliswaar met een dankbaar gevoel naar huis rijden, maar als je niet op hetzelfde moment hebt gezien dat de ogen nee zeiden, keert de wal vroeg of laat het schip."
Woorden zeggen vaak lang niet zo veel als gelaatsexpressies, aldus Vingerhoets. "Met emotionele intelligentie kun je leren herkennen wat er echt met iemand aan de hand is. Lichaamstaal bedriegt minder makkelijk. De hersenen leggen redelijk directe verbindingen met ons fysieke gestel. Voortdurend zijn we bezig met aanpassingen aan nieuwe situaties, waarbij we onszelf vaak steeds weer iets anders voordoen dan we in werkelijkheid zijn. Met woorden maskeren we onszelf eerder dan met gelaatsuitdrukkingen."
Met een glimlach zeggen mensen soms meer dan met woorden. Een glimlach is er om te groeten, als teken van herkenning, als vorm van beleefdheid, om het gesprek te regelen, als teken van troost of juist om de emoties te verbergen.
Frank van Marwijk onderscheidt negen soorten glimlachen. De zure glimlach, met de mondhoeken omlaag, maken mensen als zij ontstemd zijn zonder dat aan anderen te willen laten merken.
De ontspannen glimlach, met de mondhoeken licht omhoog terwijl de lippen zich strekken, ontstaat bijvoorbeeld bij de herinnering aan een prettige gebeurtenis.
De ontwapenende glimlach wordt vaak gebruikt bij de ontmoeting van kennissen en vrienden. Bij deze glimlach wijken de lippen uiteen en zijn vaak alleen de boventanden zichtbaar. De lach is oprecht, er ontstaan rimpeltjes bij de ogen.
De brede glimlach, waarbij zowel de boven- als ondertanden zichtbaar zijn, getuigt van plezier, maar hoeft niet altijd even vriendelijk te zijn, aldus Van Marwijk. Het laten zien van de ondertanden kan wat agressief overkomen, vindt hij.
Ook de langwerpige glimlach toont een mengeling van agressie en angst of van assertiviteit en verzoening.
Anders is het bij de verlegen glimlach. De lippen zijn gesloten, de wangen krijgen een kleur en de ogen worden omlaag geslagen. Verlegen kinderen glimlachen zo bij hun eerste ontmoeting met een vreemde.
Bij de speelglimlach doen mensen hun mond wijd open met de mondhoeken omlaag. Volwassenen die wachten op de uitkomst van een grap of een anekdote lachen soms op deze manier.
Met de beheerste glimlach geven mensen een beleefde waarschuwing af, bijvoorbeeld als een gesprekspartner een grap vertelt die van weinig goede smaak getuigt. De mondhoeken bewegen licht naar buiten en omhoog, maar de lippen blijven stijf op elkaar.
Tot slot is er de gemaakte glimlach. De lippen gaan alleen opzij, in plaats van omhoog. Voor een echte glimlach worden de spieren vanaf het jukbeen gebruikt en ontstaan er rimpeltjes rond de ogen. Deze glimlach zien we als formele groet op feesten en recepties en op groepsportretten, aldus Van Marwijk.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 mei 2006
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 mei 2006
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's