Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Pleidooi voor klassieke theologiebeoefening

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Pleidooi voor klassieke theologiebeoefening

"Verzameld Werk" Van Ruler ontsluit grotendeels onbekend nalatenschap

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ze worden vaak in één adem genoemd: Miskotte, Noordmans en Van Ruler, als de drie bekendste hervormde theologen van de twintigste eeuw. De laatste had echter nog geen uitvoerig uitgaveproject, zoals de eerste twee. Met het "Verzameld Werk" van Van Ruler, waarvan vorige week het eerste deel werd gepresenteerd, is een begin gemaakt van de ontsluiting van een belangrijk deel van het oeuvre van ruim 800 titels.

Om de immense nalatenschap van A. A. van Ruler (1908-1970) in kaart te brengen, is een professionele opzet vereist. De Stichting ter bevordering van de uitgave van het Verzameld Werk van A. A. van Ruler houdt zich bezig met het verwerven van subsidies en het organiseren van begeleidende activiteiten. Voorzitter is K. (Kees) van Ruler, zoon van A. A. van Ruler, ooit zelf student theologie. Hij liep nog college bij zijn vader.

In september 2005 startte het toenmalige Theologisch Wetenschappelijk Instituut, samen met uitgeverij Boekencentrum, het project dat het oeuvre van Van Ruler moet ontsluiten. De uitgave wordt gesteund door de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) van de Protestantse Kerk in Nederland, die er een wetenschappelijk onderzoeksproject van heeft gemaakt.

Het onderzoeksproject is opgenomen in het onderzoeksprogramma van de PThU, "Beliefs". De begeleidingscommissie van dit project bestaat uit prof. dr. G. G. de Kruijf, prof. dr. G. van den Brink, dr. W. J. van Asselt, dr. P. van den Heuvel, ir. drs. T. Jacobs, dr. A. J. Plaisier en drs. J. Stelwagen. De eindverantwoordelijkheid ligt bij prof. dr. G. G. de Kruijf en de leiding van het project is in handen van prof. dr. G. van den Brink.

Dr. Dirk van Keulen is twee jaar geleden aangesteld als onderzoeker, speciaal belast met de bezorging van het "Verzameld Werk". Hij wordt in zijn werk terzijde gestaan door een begeleidingscommissie en enkele digitaliseringsmedewerkers. Van Keulen wist het omvangrijke kaartsysteem van Van Ruler naar zijn werkkamer in Kampen te halen, waar hij nauwgezet kan nagaan welke bronnen Van Ruler heeft gebruikt. De kaartenbakken bevatten ongeveer 70.000 door Van Ruler (en enkele student-assistenten) geschreven of getypte fiches. Het kaartsysteem is thematisch ingedeeld en kent een fijnmazige onderverdeling.

Stoere denker

Van Keulen typeert in zijn inleiding Van Ruler als een "stoer, zelfstandig denker." Hij kent geen andere theoloog die door de jaren heen telkens opnieuw het woord "stoer" in zijn werk gebruikt. Stoer wil zeggen: in staat om zelfstandig te denken. Van Ruler zelf omschrijft "stoer" zo: "de dingen precies zien, zoals ze zijn en ze dan aandurven."

Van Keulen typeert Van Ruler als een origineel denker, met een eigen stijl en onafhankelijk oordeel. "Omdat het hem ten diepste altijd om de waarheidsvraag ging, heeft hij ook nooit geaarzeld een tegendraadse positie in te nemen of aanvechtbare standpunten te verdedigen."

Hij laat in zijn biografische schets, opgenomen in het eerste deel, het veelbewogen leven van Van Ruler zien. Arnold Albert van Ruler wordt op 10 december 1908 geboren te Apeldoorn, als bakkerszoon. Hij groeit op in een orthodox-hervormd milieu met bevindelijke inslag. Bij Th. L. Haitjema volgt hij catechisatie. Later, tijdens Van Rulers studie theologie in Groningen, wordt Haitjema zijn hoogleraar.

Na de studie volgt het predikantschap in het Friese Kubaard (1933-1940). De kerkdiensten zijn daar voor de bezoekers een happening, meende een kerkganger. Er gebéúrde iets. Maar sommigen vonden zijn preken te moeilijk. "It komt by Van Ruler wol slim op é holle oan (het komt bij Van Ruler wel erg op het hoofd aan)", reageert een gemeentelid.

Na Kubaard volgt Hilversum (1940-1947), waar Van Ruler onder meer betrokken raakt bij de Commissie voor Beginselen van Kerkorde. Deze presenteert de werkorde, waarin het karakter van de kerk als belijdende kerk en de presbyteriale beginselen voor een nieuwe kerkorde worden vastgelegd.

Van Rulers naamsbekendheid neemt toe door onder meer zijn radiolezingen en door de AVRO-morgenwijdingen die hij verzorgde. Hij promoveert in 1947 op "De vervulling van de wet. Een dogmatische studie over de verhouding van openbaring en existentie."

In datzelfde jaar wordt hij benoemd tot hoogleraar vanwege de Nederlandse Hervormde Kerk en volgt in die hoedanigheid M. J. A. de Vrijer op. Vijf jaar later, met het vertrek van S. F. H. J. Berkelbach van der Sprenkel, wordt zijn leeropdracht onder meer dogmatiek, christelijke ethiek en kerkrecht.

Zijn gezondheid laat vaak te wensen over (hij is zwaar maagpatiënt). Na een derde hartinfarct overlijdt Van Ruler op 15 december 1970.

Hoofdthema's

Het "Verzameld Werk" is thematisch opgezet, dat wil zeggen: het rubriceert teksten die thematisch verwant zijn. Binnen zo'n deelthematiek worden de teksten vervolgens chronologisch gerangschikt. Dit maakt het mogelijk eventuele ontwikkeling in Van Rulers denken zichtbaar te maken, aldus Van Keulen. "Het Verzameld Werk beoogt zo een compleet overzicht te bieden van Van Rulers werk."

In het eerste deel staat de theologie centraal. Van Ruler verdedigt de stelling dat de theologie geen functie van de kerk is, maar van "het gekerstende en te kerstenen culturele gemenebest, niet van het corpus Christi, maar van het corpus christianum."

We komen die theocratische hoofdlijnen regelmatig tegen. Verder zijn er beschouwingen over dogmatiek, trinitarische theologie, rede en geloof, de menselijkheid in de theologie. Vragen rond humaniteit en ideologie, actueel in de jaren zestig, houden hem bezig.

Het derde cluster cirkelt rondom "De studie van de theologie". In de eerste acht teksten gaat het vooral om de plaats van de theologie aan de universiteit, daarna volgen beschouwingen over de duplex ordo (verdeling in staats- en kerkelijke vakken). De scheiding tussen de beide vakken noemt Van Ruler "zonder meer een misdaad, aan studenten begaan."

Het vierde en laatste cluster omvat twee teksten: "De theologische wetenschap in de Nederlandse cultuur sinds 1930" (1955) en "Nieuwe vragen na vijftien jaren" (1970), die verschenen in het blad Vox Theologica. Het gaat om twee overzichtsartikelen over de ontwikkelingen in de theologie in de periodes tussen 1930 en 1955 en tussen 1955 en 1970.

We leren hier Van Ruler kennen als een gereformeerd theoloog die bedacht is op de klassieke theologiebeoefening, met grote verontrusting over allerlei modieuze verschijnselen in kerk en theologie. Hij houdt vast aan de klassieke thema's van de theologie. "Het nieuwe is -in de theologie- nooit meer dan een rimpeling op de oceaan. Maar de oceaan zelf is onmetelijk diep. Wie deze diepte niet ontdekt en de opwindende sport van het diepzeeduiken zich laat ontgaan, is als theoloog mislukt."

Kenmerkend voor Van Ruler is zijn overtuiging dat de openbaring ingaat in de cultuur en daarin gestalte krijgt. Dogmatiek en exegese geschiedt altijd in overeenstemming met wat in de geschiedenis aan theologische arbeid is verricht. De theologie moet "langdurig ondergedompeld" worden in de kerk- en dogmengeschiedenis.

Van Ruler roept vaak het beeld op van een speelse en uitdagende theoloog, die levensgenieter zou zijn. Uit de inleiding blijkt dat bij Van Ruler ernst en spel naast elkaar liggen. Van Ruler kan genieten van het leven (van voetbal en van auto's), maar is ook vatbaar voor depressie en zwaarmoedigheid.

Zijn visie op de geschapen werkelijkheid is niet die van een oppervlakkige levensgenieter. Als hij stelt dat het om het rijk van God gaat (en niet om Jezus Christus), doelt hij op déze werkelijkheid. Dan gaat het om een geschapen werkelijkheid, die bovendien bekering en verzoening nodig heeft. In zijn slotartikel hekelt hij juist het op het Diesseits gerichte (het aardsgerichte) karakter van moderne theologen. De leuze "niet de religie, maar de wereld" acht hij "een pure slag in de lucht."

Ronduit actueel is wat hij schrijft over de studie theologie en het ambt. Van Ruler constateert in zijn tijd de opkomst van allerlei praktische wetenschappen bij de theologie (voor sociologie en psychologie heeft hij geen waardering, wel voor filosofie), het studeren van theologie zonder de pastorie in te willen. Hij kritiseert de zogenaamde "droogzwemmers" op de theologische faculteit (wetenschappers zonder ervaring met de gemeente).

Was er vroeger "episocobie" (angst voor het ambt), nu is er een vlucht voor het kerkelijk ambt die is uitgegroeid tot een "psychose."

Van Ruler geeft hoog op van de mooie én zware taak van de gemeentepredikant. "Men moet er echt zin in hebben. Anders moet men het niet doen. Want daarvoor is het ambtswerk een levenlang veel en veel te zwaar."

Hij geeft vele praktische adviezen voor de aanstaande gemeentepredikant. Zoals: hang niet de academisch gevormde theoloog uit, maar heb liefde voor de mensen, zelfs voor kerkmensen!

Van Ruler wil geen modieus, maar een klassiek theoloog zijn. God en de waarheidsvraag moeten centraal staan in de theologie. Zijn speelsheid en de specifieke wijze van formuleren maken hem echter tot een ander klassiek-gereformeerd theoloog dan iemand als Herman Bavinck.

Het "Verzameld Werk" biedt een gelegenheid om op een faire en objectieve wijze kennis te maken met Van Ruler. De annotatie die Van Keulen aanbrengt , boezemt vertrouwen in voor de voortgang van het project.


"Verzameld Werk"

dr. A. A. van Ruler

- Deel 1, De aard van de theologie (2007)

- Deel 2, Openbaring en Heilige Schrift (2008)

- Deel 3, God, schepping, mens, zonde (2009)

- Deel 4, Christus, de Heilige Geest en het heil (2010)

- Deel 5A en 5B, De kerk en de laatste dingen (2011)

- Deel 6A en 6B, Cultuur, samenleving, politiek, onderwijs (2012)

- Deel 7A en 7B, In gesprek met (Rome-Reformatie en anderen)(2013) - Deel 8 en/of cd-rom, register en archiefverwijzingen

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 oktober 2007

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

Pleidooi voor klassieke theologiebeoefening

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 oktober 2007

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's