Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Stukwerk in het roomse land

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Stukwerk in het roomse land

Evangelist Versteeg: Wat wij doen, is redden wat er nog te redden valt

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

TILBURG - Aan de wand hangen bijbelse platen: "Op het tempelplein", "Op de akker" en "Vrouwen bij de waterput". Aan een tafeltje zitten wat buitenlandse kinderen. Het jongste is misschien vijf, het oudste een jaar of elf. Wat onwennig lezen ze om de beurt een bijbeltekst. Johannes 6, "Jezus wandelt op de zee". "Dat kon alleen de Heere Jezus", zegt de Surinaamse Marthin.

Elke woensdag is er op de evangelisatiepost van de gereformeerde gemeente in Tilburg bijbelclub. Clubleidster mevrouw H. Versteeg-van Leeuwen telt vanmiddag zeven kinderen. Vorige week waren er twee. Maar soms zijn er ook wel een stuk of twaalf. Aan de beurt zijn de tien geboden. Dina van acht kent het eerste gebod uit haar hoofd. "Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben".

Het kleinste knaapje geeft met viltstift een discipel een kleur. Vanuit hun fotolijsten kijken Calvijn en Luther toe. Mevrouw Versteeg vertelt de geschiedenis van de wonderbare spijziging. Vijf gerstebroden. Twee vissen. Vijfduizend mensen gespijzigd. "Mooi verhaal is dat", zucht Stephanieh.

Jubileum

De Tilburgse post bestaat dit jaar 25 jaar. In 1973 werd J. W. N. van Dooijeweert aangesteld als evangelist. Toen deze in 1993 vertrok, werd evangelist L. Versteeg uit Alkmaar in Tilburg gestationeerd. "Het is in hier in de buurt bijna allemaal rooms", wijst hij om zich heen. Ik zeg wel eens tegen de mensen die 's zondags komen: "Het is een wonder dat jullie hier zitten". Ik merk wel dat de drempel naar de bijbelwinkel minder hoog is dan die naar de kerkzaal. Ze komen soms binnen, vragen om een boek dat je natuurlijk niet hebt, en komen dan met hun verhaal. Het verhaal van hun leven, hun moeite, hun zorgen. Pas kwam er een boom van een kerel binnen. Helm onder de arm, allemaal tatoeages, leren jack. Hij wilde een Bijbel. Ik gaf hem de goedkoopste. Vijftien gulden. Of ik geen mooiere had. Vijfentwintig gulden. Die moest hij hebben. En toen kwam het. Hij had zo'n slecht leven achter de rug. Van alles gedaan wat niet goed was. Ik zei: "Beste vriend, je bent nog veel slechter dan je zelf denkt. Maar voor de Heere ben je nooit te slecht". De tranen liepen hem over de wangen. Hij ging weg. Met een Bijbel. Ik heb die knaap nooit meer teruggezien. Maar toch, hij had een Bijbel. Dat is het nu wat er staat: "Werp uw brood uit". Of het vruchten draagt? Er staat: "Ge zult het vinden". Nu? Nee. Na vele dagen".

Versteeg is een geboren Barnevelder. Zijn grootvader was diaken bij ds. J. Fraanje. In de oorlogsjaren verhuisde het gezin Versteeg naar Garderen, waar ze nog wel eens kerkten bij ds. J. C. Terlouw en later bij ds. K. J. van de Berg. "Ds. Van de Berg, dat was een ernstige prediker. Als het heilig avondmaal was, bleef ik het liefste thuis. De mensen die aangingen, die mochten later allemaal naar de hemel, dacht ik. Maar ik niet. Ik wist goed dat ik bekeerd moest worden, maar dat schoof ik altijd van me weg".

Versteeg kreeg een zaak: zijn lust en zijn leven. Later verhuisde hij met vrouw en kinderen terug naar Barneveld. Daar werd Versteeg ouderling. "Toen ik de eerste keer op die kansel stond, begreep ik wat ik wel eens van een dominee had gehoord: Al die mensen voor je hebben een ziel voor de eeuwigheid. Dat kwam zo op me af, dat ik het niet los kon laten. Een poos later stond er een oproep voor evangelist in Alkmaar in "de Saambinder". Evangelist J. Kwantes was ongeneeslijk ziek. Ze zeiden tegen me: "Versteeg, dat is nu net iets voor jou". Maar ik dacht: Ik, naar Alkmaar? Nooit! Toch heb ik stiekem die advertentie gelezen en nog eens gelezen".

Proberen

Na een kort briefje en twee geprekken kwam het: Versteeg moest het maar eens proberen. Dat "proberen" in Alkmaar duurde ruim zes jaar. Toen kwam Tilburg. De locatie veranderde. De boodschap bleef dezelfde. "Tegen de boodschap van vrije genade voor arme zondaren is overal weerstand. In Brabant, in Noord-Holland, maar ook op de Veluwe. Want de mens wil er zelf nog iets aan doen. Als je evangelist wordt, denk je: Dat zal ik wel even opknappen. Maar dat leer je wel af. De mens zit niks verlegen om een woord uit de Bijbel".

Toch: "Er wordt de laatste tijd zo geklaagd dat er weinig vrucht op de prediking is. Maar ik hoor zo weinig verwondering dat Gods kinderen er aan het einde der tijden allemaal zullen zijn, de kleinen en de groten. Daar wordt er straks niet één gemist. Voor dat doel gebruikt de Heere nu eenvoudige middelen. Bijvoorbeeld een foldertje. Zomaar, uitgedeeld op straat".

Ooit is wel geopperd dat evangelisatieposten uit moeten groeien tot zelfstandige gemeenten. "Maar dat is te hoog gegrepen", zegt Versteeg. "Wat een evangelist doet, is redden wat er nog te redden valt. Daar hoef je niet hoog over op te geven. Het is een wonder als je op zondag eens iemand terugziet die je op straat hebt ontmoet. En het is ook een wonder als zo iemand blijft komen. Want wat hoort hij hier? Dat hij niet deugt. Eén is er gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren ligt. Misschien dat het zaaltje voller zou raken als je de mensen iets in de handen zou stoppen. Zo van: "U moet naar Jezus toegaan". Maar dat is een fundament dat niet deugt".

Bewustzijnsproces

"Mensen vragen vaak aan elkaar: "Gaat 't goed?" Maar het gaat pas goed als er een mens wordt bekeerd. En zolang er nog tijd zal zijn, zullen er mensen worden toegebracht. Ook in het roomse Brabant. Ik heb ze toch wel ontmoet, mensen die in hun ongeluk lopen. Die lopen met de vraag: Hoe komt het ooit in orde? Daar ben je innerlijk verblijd mee".

Het bewustzijnsproces rond evangelisatie verloopt in de gereformeerde gez indte wel traag, vindt Versteeg. "Zending is onze kringen helemaal ingeburgerd, en dat is zeer gelukkig. Maar ik hoorde pas van een vrouwenvereniging die zevenduizend gulden aan de zending gaf en vijfhonderd aan de evangelisatie. Toen dacht ik: Weten we dan niet hoe hoog de nood in eigen land gerezen is? Weet zo'n vrouwenvereniging niet dat we meer en meer afglijden in de richting van het moderne heidendom? Zie naar onze kinderen, naar de kleinkinderen. Wat komt er van terecht?"

De Tilburgse evangelist constateert nog wel eens een stuk wantrouwen richting evangelisatie. "Dat kan ik aan de ene kant goed begrijpen. Iedereen denkt tegenwoordig de straat op te moeten. Iedereen schijnt te kunnen getuigen. Dan vraag ik: Waarvan getuigen we? Ik kan begrijpen dat daar niet altijd evenveel vertrouwen in is. Evangeliseren is geen massa-activiteit. Het is stukwerk. Het gaat maar om een paar mensen die je werkelijk met de boodschap bereiken kunt. Het is er hier eens een, en daar een".

Ooit kwam er na de dienst een vrouw naar me toe, zegt Versteeg. "Ze zei: "Meneer Versteeg, nu heb ik u een aantal zondagen beluisterd (ik dacht: O, nou komt het) en nu weet ik dat ik nooit door de achterdeur Gods koninkrijk binnen zal kunnen gaan. Maar dat ik door de voordeur moet". Kijk, dat vind je dan al mooi".

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 februari 1998

Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's

Stukwerk in het roomse land

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 februari 1998

Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's