Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nicolaas Jouwe:, 9Eens komt westelijk Nieuw-Guineavrij!''

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nicolaas Jouwe:, 9Eens komt westelijk Nieuw-Guineavrij!''

Door de Eeuwen Trouw zou communistische beweging steunen

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van een onzer redacteuren)

DELFT — „Westelijk Nieuw-Guinea komt eens vrij, dat geloof ik,vast! De vraag wanneer dit zal gebeuren moet echter niet aan mij gesteld worden, maar aan de God van hemel en aarde die het hele wereldgebeuren bestuurt. Als dit niet gebeurt zou God geen God meer zijn. Denk aan Napoleon, Hitler en Hirohito, ook hun macht leek onaantastbaar, maar toch zijn ze teruggeslagen."

Dit zei enige tijd geleden de heer Nicolaas Jouwe, minister van Buitenlandse zaken van de Nationale regering van West-Papoea (voormalig Ned. Nieuw-Guinea red.) tegen politieke ballingen die hem opwachtten op het vliegveld van Port-Moresby, de Iwofdstad van het onafhankelijke Pa.poea-Nieuw-Guinea (voormalig Australisch-Nieuw-Guinea).

Uitgezonderd

Toen Nederland via de Ronde Tafel Conferentie van 1949 de soevereiniteit over Nederlands-Indië overdroeg aan de Verenigde-Staten van Indonesië, later omgezet in de Republiek Indonesië, werd Nieuw-Guinea hiervan uitdrukkelijk uitgezonderd.

Reeds in 1950 liet Soekarno, de toenmalige president van Indonesië zijn bedoelingen met Nieuw-Guinea in een agressieve speech blijken. „In onze huidige grondwet", zei hij, „ligt uitdrukkelijk vast dat het grondgebied van onze staat geheel voormalig Nederlands-Indië bevat, dat betekent van Sabang tot Meraukë. Volgens onze grondwet behoort Irian dus ook tot het Indonesische grondgebied." De strijd om de Papoea's was begonnen. Het komt zelfs tot een gewapend conflict tussen Nederland en Indonesië. Den Haag wilde de Papoea's zelfbeschikking geven, maar moest onder druk van Washington en Canberra, die bang waren voor hun goede be-* trekkingen met Jakarta door de knieën. Er komt een VN-interim-bestuur dat vrije verkiezingen in 1969 voor moet bereiden. Maar wat een „daad van vrije keuze" had moeten zijn, was niet anders dan een enorm stuk bedrog. Zelfs de officiële VN-vertegenwoordiger Ortiz Sanz gaf toe dat de volksraadpleging door de Indonesiërs vervalst was, maar toch aanvaardde de Algemene Vergadering van de VN de uitslag: de Papoea's zouden voortaan bij Indonesië behoi«n.

Papoea Merdeka

Veel Papoea's, door Indonesië graag aangeduid als Irianezen, legden zich hier niet bij neer. Sindsdien opereren in de binnenlanden verschillende verzetsgroepen van vrije Papoea's, waarvan de OPM, Organisasi Papoea Merdeka (Organisatie vrij Papoea) de belangrijkste is. Zij zoch^n een toevlucht in het gebied ten oosten van Jajapura, waar het van tijd tot tijd tot botsingen komt met Indonesische militairen. De keuze van dit gebied is niet toevallig. Het is een zeer onherbergzaam gebied, waarin de verzetsstrijders door hun afkomst een duidelijk voordeel hebben op de Indonesiërs. Nog belangrijker is dat dit gebied op de grens ligt met het oostelijk deel van het eiland Nieuw-Guinea, wat bij het begin van de guerrilla nog tot Australië behoorde en inmiddels de onafhankelijke repubUek Oost-Papoea vormt.

Niet blij

Jouwe: ,,De Papoea's waren helemaal niet blij toen de Nederlanders vertrokken. We stonden met tranen in onze ogen op het vliegveld. Sommigen riepen, Nederlanders waarom iaat u ons in de steek, dit hebben we toch niet verdiend. We kregen het gevoel dat we werden uitgeleverd aan de Indonesiërs". Enkele jaren tevoren had de Nederlandse regering de toezegging gedaan, dat West-Nieuw-Guinea op een zelf gekozen tijdstip onafhankelijk zou worden. Vooral de toezeggmg dat de Papoea's zelf de datum mochten bepalen maakte grote indruk. Jouwe zegt hiervan: „We zagen de Nederlanders niet als koloniale uitbuiters, ze hebben nooit één vinger uitgestdcen naar de grote bodemrijkdommen van ons land. Nu zijn het de Indonesiërs die ons land leegroven". Met het oog op de komende onafhankelijkheid stelde de Nederlandse regering de zogenaamde „Nieuw-GuineaRaad" in, een soort parlement met vooral binnenlandse bevoegdheden. De Nieuw-Guinea-Raad sprak zich uit voor onafhankelijkheid in 1970. Door de Indonesische machtsovernameis het nooit zover gekomen.

In 1971 werd door Papoea-ballingen in het buitenland en verzetsstrijders in het binnenland de nationale regering van West-Papoea geproclameerd. President in deze regering is momenteeel Jacob Pray, die tevens het verzet in de binnenlanden van Nieuw-Guinea leidt. Als minister van Buitenlandse zaken treedt op de in Delft woonachtige Nicolaas Jouwe.

Volgens de heer Jouwe is op dit ogenblik een volledig kabinet, compleet met diplomatieke staf beschikbaar, dat direct aan het werk zou kunnen gaan als de onafhankelijkheid wordt gerealiseerd. Regelmatig bestaan contacten tussen de verzetsstrijders van de OPM (Organisasi Papoea Merdeka) en de ballingen elders op de wereld. Volgens Jouwe bevinden zich alleen al in de omgeving van de hoofdstad van Papoea-Nieuw-Guinea, Port Moresby, tienduizenden vluchtelingen, en ongeveer zevenhonderd in Nederland.

Geen belemmeringen

Jouwe zegt dat er economisch gezien geen belemmeringen voor zelfNICOLAASJOVWE ...zaak van gebed... standigheid zijn. „Ons land heeft enorme rijkdommen aan olie, koper, nikkel en gas. De miljarden die worden verdiend met de winning van deze delfstoffen vloeien naar Indonesië, zonder dat het Papoea volk er een cent beter op wordt."

De beweging van Nicolaas Jouwe heeft ijiet de bedoeling om een aparte republiek West-Nieuw-Guinea te vormen. „Wij zien het meer in Melanesisch verband. We voelen ons één volk met de Papoea's in Papoea-NieuwGuinea, en onze broeders aan de andere kant van de grens denken er net zo over. Ook president Somare, overigens een goede vriend van me, ziet het zo. Alleen bevindt de regering van Papoea-Nieuw-Guinea zich in een lastige situatie, omdat zij zich geen harde uitspraken tegenover Indonesië kan veroorloven."

Officieel spreekt de regering van PNG graag over een interne Indonesische aangelegenheid, maar niet voor Een papoeadorpje ergens in Irian Jaya. niets verweet Jakarta Somare kort geleden een dubbele loyaliteit. Kennelijk valt vlat het slecht dat Somare weigert mee te doen aan gemeenschappelijke grensoperaties tegen de rebellen. Bovendien weigert Somare te voldoen aan de Indonesische verzoeken de gevluchte rebellen op zijn grondgebied uit te leveren.

Realiteit

De slimme politicus Somare moet rekening houden met de politieke realiteit. Over zijn sterke buurman Indonesië zei Somare eens: „De slapende leeuw moet niet wakker worden gemaakt". Bovendien is men in PapoeaNieuw-Guinea niet vergeten dat Australië niets deed toen Indonesië op gewelddadige wijze eerst West-Irian en later Oost-Tiraor inlijfde. Weliswaar bestaan er wat formele defensieafspraken tussen PNG en Australië, maar Port-Moresby heeft er geen enkel vertrouwen in dat Australië werkelijk in actie komt bij een gewapend conflict tussen PNG en Indonesië.

De regering gelooft dat vooral steun van de grote Pacific mogendheden onmisbaar is in haar onafhankelijkheidsstreven. Jouwe vindt het vooral van belang dat een of meer van deze staten de zaak van het Papoea volk aanhangig maken in de Verenigde Naties. „De eeiste stap zal gezet moeten worden door de zogenaamde donorlanden, die Indonesië financieel steunen. De Indonesische economie is maar een couveuse-kindje, dat door steun uit het buitenland kunstmatig in leven wordt gehouden. Als die hulp wegvalt zakt de Indonesische economie als een plumpudding in elkaar." Jouwe zegt, dat Indonesië in het verleden een grote bijdrage heeft geleverd in het dekolonisatieproces. „Maar nu is Indonesië zelf een koloniale mogendheid geworden, en nog wel een hele slechte ook. Op grote schaal worden de mensenrechten geschonden op West-Papoea, er is geen vrije meningsuiting en het Papoeavolk wordt uitgebuit. De donorlanden zouden hun hulpverlening moeten stoppen tot Indonesië weer bereid is mensenrechten te respecteren."

Niets gemeen

Volgens Jouwe hebben de Indonesiërs en de Papoea's geen dingen die hen aan elkaar verbinden. „We zijn een ander ras, hebben een andere cultuur en een andere godsdienst. De meeste Papoea's zijn belijdend christen, vandaar dat ik onze strijd ook zie als een strijd van christenen tegen moslims."

Heeft de heer Jouwe wrok tegen de Nederlanders, die de soevereiniteit van zijn land overdroegen aan de Indonesiërs, en zich nu nauwelijks druk maken over zijn onafhankelijkheidsstreven? „Ik voel geen enkele wrok. Nederland is gedwongen door de grote mogendheden, vooral door Amerika en kon geen kant meer uit. DeJ^ederlanders zijn een gezagsgetrouw volk en nu er eenmaal een verdrag is moet dat nagekomen worden. Toch zijn er veel Nederlanders, die een bittere nasmaak hebben als ze terugdenken aan de opgedrongen overdracht van Nederlands Nieuw-Guinea. Ik twijfel er dan ook niet aan of Nederland zal in de voorste gelederen staan om ons tegemoet te treden als we de onafhankelijkheid bereiken."

Links vaarwater

Opvallend is dat veel zwarte nationalisten zich elders op de wereld in links vaarwater bevinden. Volgens Jouwe kon dit, omdat het Westen China en Rusland gewoon teveel ruimte laat. „Als je naar veel Afrikaanse landen kijkt, die soms tientallen malen tevergeefs in het westen om steun vroegen, terwijl één beroep op het Kremlin of Peking al resultaat had, is het te begrijpen dat velen die kant op gaan." „Ik voel me wel onaangenaam getroffen, dat ook de Papoeabeweging zo hier en daar als links wordt afgeschilderd. Dit is absoluut niet waar en ik weiger om met de communisten in zee te gaah. Mijn persoonlijke ideeën zijn overduidelijk", aldus Jouwe. „De kop die in een bepaald blad boven een interview met mij werd afgedrukt was overigens weer overdreven, in grote kapitalen stond er: Nicolaas Jouwe, communistenvreter."

Breuk

Het denken over communisme heeft volgens Jouwe sterk bijgedragen tot de breuk in de Stichting door de Eeuwen Trouw, die in Nederland jarenlang de belangen van Zuidmolukkers en Papoea's heeft verdedigd. „Sinds 1969 stond onze verzetsbeweging onder leiding van Seth Rumkorem. Deze Papoea was overgelopen uit het Indonesische leger en werd mede om deze reden met enige twijfel binnengehaald. Deze argwaan verdween en Rumkorem werd opperbevelhebber van de OPM strijdkrachten. Steeds sterker werden echter de geruchten dat Rumkorem op de communistische toer was."

In 1974 kreeg Jouwe een groot aantal brieven van Papoea's uit het Biak gebied, waarin stond dat Rumkorem een overtuigde communist was. Pray, die toen nog onder Rumkorem diende schreef zelfs dat Rumkorem eigen soldaten liet fusilleren, die niet naar zijn linkse pijpen wilden dansen. Aan aUe twijfel over de gezindheid van Rumkorem kwam een eind toen Jouwe ab minister van Buitenlandse zaken een brief van hem kreeg met het verzoek die ter hand te stellen aan de vertegenwoordiger van Communistisch China bij de Verenigde Naties. In deze brief sprak Rumkorem er zijn voldoening over uit dat Peking in de plaats van Taiwan in de VN was gekomen. Verder ook dat het Chinese communisme voor het Papoea volk de . beste perspectieven bood. Deze brief deed bij Jouwe de deur dicht.

Afscheiding

Pray dacht er kennelijk hetzelfde over en met het overgrote deel van de verzetsstrijders scheidde hij zich in 1976 van Rumkorem af. Achteraf meent Jouwe dat de desertie van Rumkorem uit het Indonesische leger niet is ingegeven door nationalistische gevoelens, maar dat hij zich gezien de anti-communistische houding van Indonesië puur uit angst bij de Papoea beweging heeft aangesloten omdat hij ook toen al communist was. „Stichting door de Eeuwen Trouw" liet echter Rumkorem niet vallen, zodat deze beweging, mogelijk onbewust, volgens Jouwe nu een marxistische bevrijdingsbeweging steunt. De eigenlijke oorzaak van de breuk tussen Jouwe en de ,,Stichting door de Eeuwen Trouw" ligt in 1971. De Papoea's ergerden zich eraan dat de stjchting de RMS en de Papoeabeweging voortdurend in één naam noemde. Volgens Jouwe is dit principieel onjuist. „Het enige gemeenschappelijke tussen ons en de Zuidmolukkers is dat we een gemeenschappelijke vijand hebbeif, maar onze doelen zijn anders. Bovendien is „Door de Eeuwen Trouw" erg op de RMS gericht en hangen de Papoea's er vooral financieel maar bij." Uit een interview met een vooraanstaand RMS'er in de „Far eastern economie review", een in Hong-Kong verschijnend blad, blijkt dat de RMS ook aanspraken maakt op een deel van Westelijk-Nieuw-Guinea, vdgens Jouwe zelfs het rijkste deel, namelijk het gebied rond Fakfak. Dit alles maakte de breuk met „Door de Eeuwen Trouw" definitief. Jouwe en de zijnen scharen zich de laatste jaren achter een andere stichting, die een beroep doet op het Nederlandse volk voor steun. Deze nieuwe stichting „Stichting hulp aan Papoea's in nood" wordt verder onder meer gesteund door mensen als Sawor en Padde. Volgens Jouwe schaart het overgrote deel van de Papoea's zich achter de „Stichting hulp aan Papoea's in nood".

De laatste maanden tonen de grote Pacific mogendheden gróte belangstelling voor de beweging van Pray en Jouwe. De regeringen van deze landen hebben Jouwe nu gevraagd uitvoerig uit de doeken te doen wat hem en zijn regering voor ogen staat. Hoewel Jouwe niet wil zeggen om welke landen het gaat, is het vrijwel zeker, dat het gaat om Australië en Nieuw-Zeeland. In beide landen worden de laatste tijd steeds meer geluiden gehoord van sympathie voor het Papoea-verzet.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 december 1978

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's

Nicolaas Jouwe:, 9Eens komt westelijk Nieuw-Guineavrij!''

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 december 1978

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's