Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Diaconale participatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Diaconale participatie

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als alles volgens plan verloopt, treden per 1 januari 2015 de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO), de Participatiewet en de Jeugdwet in werking. Diaconieën zullen hier, vroeg of laat, mee te maken krijgen. „Ken uw gemeente.

Veel is overigens nog onduidelijk, aldus ouderling J. Bloemendaal. „Vergelijk het met de ochtendnevel. Langzaam komt de zon op, en je ziet de contouren van de koeien, de hekken. Maar veel zie je ook nog niet, het gras bijvoorbeeld.”

Bloemendaal, tot vorig jaar voorzitter van de WMO-raad in Boskoop, was recent een van de sprekers tijdens een informatiebijeenkomst voor diakenen van de Gereformeerde Gemeenten in Veenendaal. De bijeenkomst was belegd door de werkgroep diaconaat en toerusting van het deputaatschap diaconale en maatschappelijke zorg (DMZ). Op hetzelfde moment had ook in Goes een bijeenkomst plaats; zaterdag worden er nog twee informatieochtenden gehouden, in Apeldoorn en in Barendrecht.

Het is inmiddels een bekend woord: participatiesamenleving. Koning Willem-Alexander gebruikte het vorig jaar in zijn eerste Troonrede. Maar wat houdt het precies in? „In feite gaat het hier om een nieuw woord voor de aloude vrienden- en burenhulp”, houdt ouderling Bloemendaal de in Veenendaal bijeengekomen ambtsdragers voor – onder de titel ”Diaconale participatie”. „De nieuwe WMO, Participatie- en Jeugdwet zijn bedoeld als instrumenten om een en ander te regelen.”

Een van de grootste veranderingen is dat per 1 januari veel taken op het terrein van de zorg worden neergelegd bij de gemeenten. Daarbij krijgen die ook nog eens een grote beleidsvrijheid.

De nieuwe WMO richt zich met name op de maatschappelijke ondersteuning van mensen met een handicap of beperking. Sleutelbegrippen hierbij –„op de site van DMZ worden er zestien uitgelegd”– zijn bijvoorbeeld zelfregie, eigen kracht en zelfredzaamheid. „Burgers moeten zo lang mogelijk in hun eigen leefomgeving blijven, een notie die wij onderschrijven.”

Een belangrijke rol hierbij zal het „keukentafelgesprek” gaan spelen, zegt Bloemendaal. „Een consulent van de gemeente gaat dan op intakegesprek bij de mensen thuis. Geeft iemand aan dat hij of zij een scootmobiel nodig heeft, dan zal de consulent eerst doorvragen: Waarom hebt u die nodig? „Ik wil hem graag gebruiken om een paar keer per week naar mijn zuster te gaan, drie straten verderop.” „Aha, maar dat kan misschien ook op andere wijze, met de regiotaxi bijvoorbeeld?””

De nieuwe WMO gaat ervan uit dat mensen met een handicap of beperking in eerste instantie een beroep kunnen doen op mantelzorgers en vrijwilligers. „En om ervoor te zorgen dat die het volhouden, is er de respijtzorg.”

Redt iemand het toch niet, dan zijn er „twee mogelijkheden om iets te ontvangen”, aldus Bloemendaal. „Via het persoonsgebonden budget (pgb) kunt u zelf zorgondersteuning inkopen. De tweede mogelijkheid is zorg in natura: dan laat u al het regelwerk aan de gemeente over.”

Op deze manier behandelt de Boskoopse ouderling ook de Participatiewet, die vooral mensen met een bijstandsuitkering en gedeeltelijk arbeidsongeschikten raakt. „Maar het laatste woord is daarover nog niet gesproken.”

De wijzigingen in de wetgeving –de nieuwe Jeugdwet– zullen zéker ook gevolgen hebben voor de christelijke jeugdzorg, beklemtoont Erik-Jan Verbruggen, regiomanager bij hulpverleningsorganisatie De Vluchtheuvel. Zo zal het straks waarschijnlijk sterk per gemeente verschillen of deze vorm van jeugdzorg nog wordt vergoed, of niet (meer). „Onder meer om die reden hebben dertien christelijke aanbieders de handen ineengeslagen, in de samenwerking christelijke jeugdhulp – zie de site christelijkejeugdhulp.nl.”

Juist ambtsdragers dienen hier echter alert te zijn, zegt Verbruggen. „De nood is groot. Als eerste wil ik daarom zeggen: Ken uw gemeente. Twee: Wees alert op noodsignalen. Drie: zet in op het gezonde gezin. Ik las eens: „Eén gram preventie heeft meer effect dan 1000 kilo behandeling.” Overweeg een opvoedkring, bijvoorbeeld. Vier: Zorg voor een netwerk van vrijwilligers. Vijf: Hebt u adressen voor pleegzorg? Ten slotte: Wijs zo nodig op de mogelijkheid van een pgb: waarschijnlijk biedt dit ook straks een goede gelegenheid om zorg in te kopen bij een christelijke instelling.”

Zaterdag ** hebben in Apeldoorn en Barendrecht (kerkgebouw gereformeerde gemeente, 9.30-12.30 uur) de laatste twee informatiebijeenkomsten plaats over de nieuwe WMO, Jeugdwet en Participatiewet, bedoeld voor diakenen van de Gereformeerde Gemeenten. >>rd.nl/diaconaat

** CORRECTIES EN AANVULLINGEN

De twee bijeenkomsten over onder andere de nieuwe WMO voor diakenen van de Gereformeerde Gemeenten vinden niet op zaterdag 25 oktober plaats, maar op zaterdag 1 november.


„Wees vooral aanvoerder, niet allereerst uitvoerder”

Tien tips van ouderling J. Bloemendaal uit Boskoop met het oog op de veranderende wetgeving per 1 januari 2015.

- Raadpleeg regelmatig de website van het deputaatschap diaconale en maatschappelijke zorg (deputaatschapdmz.nl).

- Volg zeker ook de lokale kranten.

- Bespreek de samenstelling van uw kerkelijke gemeente: in welke burgerlijke gemeente wonen uw leden? De uitvoering van de drie nieuwe wetten verschilt namelijk (sterk) per plaats.

- Neem deel aan het diaconaal platform in uw burgerlijke gemeente, om zodoende op de hoogte te blijven van wat er op plaatselijk niveau en ook in andere kerken speelt.

- Raadpleeg regelmatig de website van de burgerlijke gemeente.

- Heb contact met de lokale SGP-fractie. Probeer op bestuurlijk niveau lijnen te hebben lopen. Besef daarbij dat veel ambtenaren, zeker in het westen van het land, weinig of niets weten van de kerk. Vaak kennen ze het woord diaconie niet eens.

- Weet hoe het met de keuzevrijheid in uw gemeente geregeld is.

- Wissel ervaringen uit via vergaderingen van de classisdiakenen.

- U moet niet in de eerste plaats uitvoerder zijn, maar aanvoerder – via de vrouwenvereniging bijvoorbeeld.

- Houd steeds voor ogen wat Paulus schrijft in Kolossensen 4:17: „En zegt aan Archippus: Zie op de bediening die gij aangenomen hebt in de Heere, dat gij die vervult.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 oktober 2014

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's

Diaconale participatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 oktober 2014

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's