Christelijke hoop als helper van het geloof

De negentigste bondsdag, die in de christelijke gereformeerde kerk De Tabernakel in Ede werd gehouden, werd door zo’n 120 belangstellenden bezocht.

„Een navolger van Christus krijgt ook christelijke hoop”, zei ds. C. J. Droger, voorzitter van de mannenbond. Hij refereerde aan wat Paulus in 1 Korinthe 11 schrijft: „Weest mijn navolgers, gelijkerwijs ook ik van Christus.” De bondsvoorzitter stelde de vraag of het niet een beetje pretentieus is van Paulus om de gemeente van Korinthe op te roepen hem na te volgen. „Paulus stelt echter niet zichzelf als voorbeeld, maar hij wijst op Christus, Die hij navolgt”, zei ds. Droger.

Christus navolgen betekent leven tot Zijn eer, in gehoorzaamheid aan Gods wil en in ootmoed, stelde hij. „Zijn wij ook navolgers van Christus en wat gaat er van ons uit op de mannenvereniging? Volgen wij Christus na met christelijke hoop?”

Ds. Buijs haakte daarop in met de vraag wat de christelijke hoop voor het leven betekent. Hij vroeg of er nog wel hoop voor de wereld is. We leven in een wereld met een ongeremd vooruitgangsgeloof, stelde hij. „De dood wordt als uiteindelijk beheersbaar gezien. Anderzijds is er sprake van een groeiend pessimisme. Ziende op wat er in de wereld gebeurt lijkt het of de duivel is losgebarsten”, zo zei hij.

Grote afval

De Edese predikant constateerde verder dat er sprake is van grote afval van God en Zijn Woord. „Eeuwigheidsbesef is uitgesleten en de postmoderne mens kent geen toekomstverwachting meer. Velen zijn op weg naar nergens en stralen uit dat ze een zinloos bestaan leiden.”

„Is er nog hoop?” vroeg ds. Buijs. Geloof gaat volgens hem gepaard met hoop. De christelijke hoop noemde hij de helper van het geloof. „Een geloof dat niet hoopt, is ziek.” Verder noemde hij de Bijbel het boek van de gefundeerde hoop. „Alle hoop die daar niet op gefundeerd is, is ijdele hoop. Een levende hoop is gefundeerd in de opstanding van Jezus Christus”, aldus ds. Buijs.

Christelijke hoop heeft ook uitzicht op de erfenis die gereed ligt, vervolgde hij. „Die erfenis hebben we niet in handen, maar wel voorhanden. Het is hemels deposito.” Zo richt christelijke hoop zich volgens hem op de Heere en klampt de hoop zich vast aan Zijn beloften. „Christelijke hoop verwacht het Koninkrijk van God en leeft van het nochtans van het geloof.”

Vanuit ons gezien is onze hoop hopeloos. Ons wacht de afbraak van ons aardse bestaan en daarna de dood, stelde de Edese predikant. „Maar Christus heeft de dood tenietgedaan. Daarom is het ontslapen van de gelovige een ontwaken in Christus. En dat met ziel en lichaam.”

De vraag of er dan hoop is op herkenning, is volgens hem te aards gedacht. „Het is geen reünie, wel is er herkenning, en wel in de Heere.” Of er dan geen gemis is? „Nee, gemis hoort bij de gebrokenheid van het aardse bestaan.”

Israël

Verder stelde ds. Buijs dat er hoop is voor Israël. Nadrukkelijk gaf hij aan dat de kerk niet in de plaats van Israël is gekomen.

In een wereld die nu nog vol onrecht is, is er volgens hem ook hoop op gerechtigheid. „God zal recht doen.” Er is ook hoop op een nieuwe aarde. Ds. Buijs vreesde dat er te weinig aandacht is voor het kosmische aspect van Christus’ verzoeningswerk. „We mogen uitzicht en hoop hebben op de totale vernieuwing”, zei hij.

Christelijke hoop betekent volgens de predikant uit Ede dat we moeten waken en bidden. „We moeten de wacht betrekken en uitzien naar aflossing van de wacht”, zei hij. „Onze levenswandel wordt gestempeld door Hem Die we verwachten. Dat is de christelijke hoop. Van de hoop die in ons is moeten we getuigen en verantwoording afleggen als daarom gevraagd wordt.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen