Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vijftig kerkgangers in een Zweedse dom

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vijftig kerkgangers in een Zweedse dom

Priester Mariann Ekman: Ben ik als voorganger de oorzaak? Ik weet het niet

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tot in de twintigste eeuw had de evangelisch-lutherse staatskerk van Zweden een orthodox karakter. Na de Tweede Wereldoorlog trad een geestelijke kaalslag op. Nog altijd is bijna 90 procent van de Zweden evangelisch-luthers, maar het gros weet amper waarom. "Ik zie Jezus nu meer als een symbool."

Gefilterd licht valt door de gebrandschilderde ramen van de dom van Skara. Het oorspronkelijke gedeelte van de kathedraal stamt uit de tiende eeuw, vertelt priester Mariann Ekman met gedempte stem. "Al meer dan duizend jaar wordt hier tot God gebeden, gezongen, uit de Bijbel gelezen. Dat vind ik een geweldige gedachte. Laten we een minuut stil zijn, voor meditatie."

Het imposante kerkgebouw is het kroonjuweel van Skara, het oudste bisdom van Zweden, dat de provincie Västergötland omvat. Op een monumentale graftombe ligt, vereeuwigd in witte steen, officier Erich Soop. Een gedenkplaat meldt dat hij een belangrijke positie had in het leger van Gustaaf Adolf, de Zweedse vorst die met zijn psalmenzingend leger de Contrareformatie in Europa wist te stuiten.

Vandaag telt de dom vier voorgangers, onder wie twee vrouwelijke. Naast haar werk in Skara vervangt Mariann Ekman zo nodig zieke of vakantie houdende priesters elders in het bisdom. Skara zelf telt op een bevolking van 17.000 zielen ruim 16.000 evangelisch-luthersen. Pakweg 200 van hen komen er 's morgens naar de kerk, 's middags 15 tot 50. Een deel van hen zijn jongeren die verplicht een aantal diensten bijwonen, voor hun confirmatie. Anders kwamen ze niet.

Geen zondaar

"De rest zit thuis en kijkt naar een kerkdienst op de televisie", stelt de vrouwelijke priester ietwat bitter vast. "Dat is heel populair in Zweden. Persoonlijk worstel ik steeds sterker met de vraag: Wat zit er fout in de kerk van Zweden? Ben ik de oorzaak? Is het de invulling van de eredienst? Ik weet het niet, maar het probleem ligt er. De laatste twintig jaar is de kerk leeggelopen, en als voorgangers vragen we ons af: Wat moeten we?"

De Zweden zijn wel geïnteresseerd in religie, weet Ekmann. Vooral de oosterse godsdiensten zijn populair. "Waarom kunnen wíj hun vragen dan niet beantwoorden? We hebben Jezus Christus, het kruis, maar het lijkt of de mensen afgestompt zijn voor de boodschap die ze al zo vaak hebben gehoord. We zullen op een nieuwe manier over Jezus Christus moeten spreken, Hem een nieuwe stijl, een nieuwe vorm moeten geven."

Hoe, dat weet ze niet. "Als ik de oplossing had, zou ik een revolutie in de kerk veroorzaken." De kernvraag van Luther: Hoe word ik rechtvaardig voor God? vindt de vrouwelijke voorganger achterhaald. "Die vraag stellen mensen niet meer. Omdat ze zich geen zondaar voelen. Misschien hebben we in het verleden in Zweden wel te veel over zonde gesproken. Tot vijftig jaar terug was hier bijna alles zonde."

Mentor

Hoewel ze Jezus Christus de Zoon van God noemt, is Hij voor de priester uit Skara primair een voorbeeld. "De bodem van mijn levensovertuiging ligt in het feit dat Hij leed voor onze zonden, maar op dat fundament moet wel een gebouw komen. Dat is het leven dat we leiden. Daar gaat het uiteindelijk om. Ik begrijp nog wat het betekent dat hij stierf voor mijn schuld, maar voor moderne mensen is dat onbegrijpelijke taal geworden."

Niclas Hansson kan dat alleen maar bevestigen. "Als je me vijftien jaar geleden had gevraagd of het nodig was dat Jezus voor mijn zonden stierf, had ik meteen ja gezegd. Nu zie ik Jezus meer als een symbool, een uitdrukking van de handelwijze en de boodschap van God. God is de Mentor die mijn leven leidt, Die geeft dat ik de juiste beslissingen neem, Die me steunt in moeilijke situaties."

De exportmanager van Asko-Cylinda vervalt in gepeins als hem wordt gevraagd waarom hij in zijn jeugd nog frequent naar de kerk ging en nu de zondag gebruikt om zijn boerderij op te knappen. "Die ontwikkeling ging geleidelijk. Steeds minder mensen bezoeken de kerkdiensten. Dan neemt de vanzelfsprekendheid om te gaan af. Temeer omdat je thuis een televisiedienst kunt volgen."

Grootgrondbezitter

Voor het platteland van Zweden ziet de zakenman nog een andere reden voor het afnemend kerkbezoek. De Evangelisch-Lutherse Kerk is de grootste bezitter van landbouwgrond in Zweden. "Dat zet vooral onder de agrarische bevolking kwaad bloed, door de praktijken die eruit voortkomen."

De boerenzoon spreekt uit ervaring. Anderhalf jaar geleden keerde hij terug naar zijn geboortedorp As, aan het Vänernmeer, waar hij een ouderwetse Zweedse hoeve met ruim 65 hectare grond had gekocht. Op de valreep deed de kerk er een bod overheen. "Die verkoopt momenteel veel grond in het noorden van Zweden, om er grond in Zuid-Zweden voor terug te kopen. Uit speculatief oogpunt. Naar verwachting zullen de grondprijzen hier de komende jaren behoorlijk stijgen."

Verontwaardiging in de gemeenschap en publiciteit in een lokale krant leidden ertoe dat de kerk enigszins terugkrabbelde. Hansson kon de boerderij kopen, de akkers bleven voor de kerk. "Ik kon daar wel mee leven. In het boerenbestaan zie ik voor mezelf geen toekomst. Maar mijn vader, die op de boerderij ernaast woont, is nog altijd diep verontwaardigd. Die kan voorlopig geen priester zien."

Interview

Lars Carlsson, inwoner van Alingsås, wijst daarnaast op de theologische ontwikkelingen in de Evangelisch-Lutherse Kerk. "Aartsbisschop Hammar van Uppsala beweerde in een interview voor de Zweedse radio dat elk mens persoonlijk moet bepalen hoe hij de persoon van Jezus ziet. Dat vind ik een wonderlijke uitspraak voor het hoofd van de Evangelisch-Lutherse Kerk. Op de vraag of Jezus een relatie had met Maria Magdalena, zei hij voor alle interpretaties open te staan. Dat typeert de verwatering van de kerk."

Ondanks de secularisatie moet de betekenis van de volkskerk volgens de economiedocent niet worden onderschat. "De meeste Zweedse lutheranen zijn niet meer praktiserend. Maar belanden ze in een crisis, door dood, scheiding, werkloosheid of door een ramp als die van 11 september 2001, dan komt hun religiositeit weer boven en gaan ze naar een dienst of een doordeweekse gespreksavond."

De kerk wordt hier nog altijd gezien als een vangnet in tijden van nood, en een maatschappelijke factor van betekenis. "Typerend is dat het schooljaar in deze streek in de kerk wordt afgesloten. In Stockholm en Malmö is dat inmiddels ondenkbaar. Daar heeft bijna niemand meer enig besef van de lutherse religie. Wat dat betreft mogen we in Västergötland nog niet klagen. De vraag is wel, voor hoe lang."

Muziek

Mariann Ekman betwijfelt de laatste jaren of haar keuze om priester te worden een goede was. Tegen de prediking op zondag ziet ze steeds meer op. Terwijl de preek slechts tien minuten hoeft te duren. "De meeste ouderen hebben de antwoorden op alle vragen, de meeste jongeren bezitten geen enkele kennis. Wat moet je dan? Aan de westkust, het conservatieve deel van Zweden, heb je nog predikanten die een halfuur preken. Ik zou absoluut niet weten hoe ik die tijd vol zou moeten krijgen."

Binnenkort gaat ze voor zes maanden met onbetaald verlof. Om na te denken over de vraag of ze zo verder wil. Zo ja, op welke wijze. "Ik zal in gesprek gaan met God, en met mezelf. Het is nog altijd mijn verlangen om Christus te representeren, maar of dat in de kerk moet zijn, dat weet ik niet."

Niclas Hansson ziet slechts één middel om de kerk weer vol te krijgen: muziek. "Als je de boodschap muzikaal verpakt, op hedendaagse wijze, is er weer belangstelling."

Birgitta Sträng, gids in de abdij van Varnhem, deelt die opvatting. Het middeleeuwse godsgebouw op het platteland van Västergötland kreeg nationale bekendheid door de Zweedse auteur en journalist Jan Guillou. Hij koos de abdij als uitgangspunt voor drie historische romans over de kloostergemeenschap die hier eens leefde. Het werden bestsellers. Met gevolg dat grote groepen toeristen naar Varnhem komen, waar de erediensten op alternatieve wijze worden ingevuld.

"Pas hadden we een groep meisjes die een "sacred dance" uitvoerden", werft Birgitta Sträng. "Iedereen was onder de indruk. Die dansende, zingende meisjes, in de gewijde stilte van deze abdij, het leken wel engelen. Als je de diensten zo invult, heb je weer een volle kerk."

Zie ook pag. 3: "Paria in een liberale volkskerk"


Zweeds protestantisme in vogelvlucht

In 1523 ontdoet Zweden zich van de Deense overheersing. Gustaaf Wasa, leider van de revolutie, wordt tot koning gekroond. Drie jaar later verschijnt het Nieuwe Testament in de landstaal, in 1527 verbreekt de Rijksdag de contacten met Rome. Niet alleen omdat Gustaaf Wasa zich aangetrokken voelt tot de denkbeelden van Luther, maar vooral uit praktische overwegingen. Met de in beslag genomen kerkelijke goederen kan hij zijn oorlogsschulden betalen.

Van meet af aan is de Evangelisch-Lutherse Kerk van Zweden een staatskerk, onder leiding van de koning. Toonaangevende theologen zijn de gebroeders Laurentius en Olaus Petri, die beiden in Wittenberg hebben gestudeerd. Laurentius wordt in 1531 verkozen als aartsbisschop van Uppsala en schrijft een kerkorde die zo nauw mogelijk aansluit bij de bestaande gebruiken. Aan het einde van de zestiende eeuw probeert koning Sigismund Zweden terug te brengen onder het rooms-katholicisme en zoekt Karel IX toenadering tot het calvinisme, maar het Zweedse lutheranisme blijkt al zo sterk geworteld te zijn dat beide pogingen stranden.

De actie van keizer Ferdinand II om het protestantisme in het Duitse rijk ten onder te brengen, tijdens de Dertigjarige Oorlog, lijkt wel te gelukken. Er komt een onverwachte keer in de strijd als Gustaaf Adolf II, nazaat van Gustaaf Wasa, in 1630 zijn belaagde geloofsgenoten te hulp komt. Niet ten onrechte zal de godvrezende en ruimhartige Zweedse vorst bekend blijven als de redder van het Europees protestantisme.

In de achttiende eeuw wordt de lutherse staatskerk in Zweden diepgaand beïnvloed door het piëtisme. Een prominente plaats daarin heeft de voormalige officier Curt Friedrich von Wreech, die contacten onderhoudt met August Hermann Francke in het Duitse Halle, centrum van het piëtisme.

De lutherse geestelijkheid ziet in de vorming van gezelschappen een begin van kerkafbraak en verbiedt de conventikels. Afdoende is dat niet. In de negentiende eeuw verricht de piëtistisch gezinde prediker Lars Levi Laestadius (1800-1861) zijn zegenrijke arbeid onder de Lappen in Noord-Zweden. Tot vandaag zijn daar gemeenschappen van laestadianen te vinden. Carl Olof Rosenius (1816-1868) wordt, mede door zijn veelgelezen maandblad De Piëtist, gebruikt voor een opwekking in het zuiden en midden van Zweden. Aan de westkust trekt Henric Schartau (1757-1825) diepe sporen. In de negentiende eeuw ontstaan ook de evangelische zendingsgenootschappen. Een aantal daarvan vormt de basis voor vrije kerken.

De inhoudelijke afbraak van de Kerk van Zweden begint in de twintigste eeu w, als de liberale theologie snel terrein wint. De openstelling van het priesterschap voor vrouwen, in 1958, is voor vertegenwoordigers van de hoogkerkelijke stroming (die liturgisch zo nauw mogelijk wil aansluiten bij de Rooms-Katholieke Kerk), de oudkerkelijke, piëtistische stroming (volgelingen van Schartau) en de evangelische stroming reden de handen ineen te slaan. In 1983 vormen ze een vrije (schaduw)synode. Een aantal voorgangers en gemeenten gaat nog een stap verder en sticht in 2003 een onafhankelijk bisdom. De geëmeriteerde priester Arne Olsson wordt tot bisschop verkozen.

Aan de bevoorrechte positie van de Evangelisch-Lutherse Kerk als staatskerk is inmiddels een eind gekomen. In 2000 is na bijna 500 jaar de band tussen kerk en staat doorgesneden, mede vanwege het groeiende aantal niet-lutherse immigranten in Zweden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 oktober 2005

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

Vijftig kerkgangers in een Zweedse dom

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 oktober 2005

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's