Vrijlating in zaak Malatya roept zorg op
MALATYA. Families van drie christenen die in 2007 in Turkije zijn vermoord, zijn geschokt door de tussentijdse vrijlating van drie verdachten in de zaak.
Dat stellen hun advocaten in reactie op het besluit van het gerechtshof in de stad Malatya. Dat besliste op 21 januari dat drie van de vier verdachten die nog in hechtenis zitten, voorlopig vrijkomen. De drie mogen buiten de cel de verdere behandeling van hun zaak afwachten.
De Turkse politie arresteerde in eerste instantie twintig verdachten van de drievoudige moord in een evangelische boekhandel in Malatya, die plaatshad op 18 april 2007. Daarbij werden de Turkse christen Necati Aydin en de Duitser Tilman Geske ter plekke vermoord in de boekwinkel. Het derde slachtoffer, Ugur Yuksel, overleed in het ziekenhuis aan zijn verwondingen.
Al sinds het oppakken van de eerste verdachten, kort na de moordaanslag, zijn christenen in Turkije verontrust over de eerlijkheid van de rechtsgang in de zaak Malatya. Ze vermoeden betrokkenheid van de overheid bij de moorden en menen dat de rechters partijdig zijn. De Turkse protestantse kerkleider Umut Sahin noemt het vrijlaten van het drietal „een schande die ons weinig hoop laat.”
Gülenbeweging
Turkse media stellen dat de rechtszaak onderdeel is geworden van een conflict tussen de AK-partij van president Erdogan en de islamitisch-nationalistische Gülenbeweging. Een indicatie hiervoor vormden de woorden van de drie verdachten die op 21 januari werden vrijgelaten. Ze verklaarden tegen de verzamelde pers dat ze slachtoffer waren geworden van een „smerig complot.” Dit zijn precies de woorden die president Erdogan altijd gebruikt om de activiteiten van de Gülenbeweging te omschrijven.
De Turkse christenen wijzen deze verklaring echter resoluut van de hand. De advocaten van de families van de drie slachtoffers denken dat de voortdurende verwijzingen naar de Gülenbeweging een poging zijn om de aandacht af te leiden van het bewijsmateriaal. De verzamelde bewijsstukken lijken erop te wijzen dat de daders moeten worden gezocht in Turkse ultranationalistische kringen.
De Turkse krant Aksam publiceerde op 8 oktober 2014 een interview met een van de verdachten. Deze beschuldigde de drie vermoorde christenen ervan dat ze zelf relaties hadden onderhouden met de Gülenbeweging. Hij beweerde tevens dat een van de advocaten van de protestantse kerken in Turkije betrokken was geweest bij de drievoudige moord in Malatya.
Ongunstig
Dat het algemene klimaat in Turkije niet gunstig is voor christenen werd begin januari duidelijk toen de Unie van Protestantse Kerken in Turkije haar jaarlijkse rapport met schendingen van de rechten van de kerk publiceerde. Het rapport bevatte een lange lijst van incidenten, intimidaties en discriminatie waar christenen in Turkije in 2014 mee werden geconfronteerd.
De antiwesterse retoriek van de regerende AK-partij, die het christelijke Westen voortdurend afschildert als vijandig ten opzichte van moslims, pakt eveneens negatief uit voor de kleine christelijke minderheid in Turkije.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 2 februari 2015
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 2 februari 2015
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's