Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wereldoorlog als „buitenkans” voor kerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wereldoorlog als „buitenkans” voor kerk

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

UTRECHT. Duitse theologen waren er bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, in 1914, van overtuigd: „Gott mit uns. Maar Britse en Franse geestelijken, aan de andere kant, wisten het niet minder zeker: „God with us en „Dieu avec nous.

Het is te lezen in het proefschrift waarop drs. A. J. (Hanneke) Takken vrijdag in Utrecht promoveert, ”Churches, chaplains and the Great War”, oftewel: Kerken, veldgeestelijken en de Grote Oorlog.

Wat bracht u tot uw onderzoek?

Takken, net aangekomen vanuit Berlijn, waar zij samen met haar man en 2-jarig dochtertje woont: „Al lang ben ik geïnteresseerd in de link tussen Duits religieus nationalisme en de Eerste Wereldoorlog. In mijn proefschrift plaats ik die in internationaal perspectief. Dan blijkt dat de protestanten in het Duitse Rijk, de anglicanen in Groot-Brittannië en de rooms-katholieken in Frankrijk alle drie claimden de centrale kerk van de natie te zijn, en de hoeder van de nationale identiteit. Wat ik ontdekte, was dat voor alle drie deze kerken de Eerste Wereldoorlog eigenlijk wel goed uitkwam, sterker: dat zij die als een buitenkans zagen. Alle drie kampten zij sinds het einde van de negentiende, begin twintigste eeuw met ontkerkelijking. De oorlog bood hun de kans hun relevantie voor de staat en de samenleving weer te laten zien – en zo enerzijds mensen weer terug in de kerkbanken te krijgen en anderzijds de belangen van de kerk weer hoger op de politieke agenda te plaatsen.

Dat eerste gebeurde in het begin van de oorlog ook: mensen kwamen weer meer naar de kerk. Maar erg lang duurde dat niet.”

Hoe deden de kerken dat, hun relevantie laten zien?

„Door aan de oorlog een religieuze invulling te geven. In de eerste plaats benadrukten zij dat deze oorlog een straf op de zonden van het volk was. Twee: zuivering was daarom nodig, en juist daarvoor vroegen de kerken aandacht. In de derde plaats zagen zij in de oorlog een missie: zij hoopten dat die een religieuze opleving tot gevolg zou hebben.

Heel belangrijk werden voor de kerken de veldpredikers – een groep waarnaar tot op heden nauwelijks onderzoek was verricht. Juist deze veldpredikers kwamen in contact met de bevolking die massaal in het leger terechtkwam. Waarbij er een verschil was tussen de Duitse en Engelse veldpredikers en de Franse: terwijl de meeste Duitse en Britse geestelijken van dienstplicht waren vrijgesteld, moest een groot deel van de Franse priesters als soldaat in het leger dienen. Daardoor stonden ze dichter bij de gewone soldaten: ze deelden de gevaren in de loopgraven, gaven hun leven naast dat van de gewone jongens. Dat combineerden ze met geestelijk werk: het waren een soort soldaat-aalmoezeniers. Voor Duitse en Britse legerpredikanten was het vaak lastiger zo’n relatie op te bouwen.”

„God met ons”, wisten in 1914 zowel Duitse theologen als Britse en Franse geestelijken.

„Die religieuze interpretatie van de Eerste Wereldoorlog zie je inderdaad aan beide zijden: allebei waren ze ervan overtuigd dat deze oorlog niet voor niets was. Dat was weleens lastig: je vocht eigenlijk toch tegen geloofsgenoten. Veel Fransen waren rooms-katholiek, maar 40 procent van de Duitsers was dat ook. Hetzelfde gold voor de protestanten in Engeland en Duitsland.”

Is bekend hoe de boodschap van theologen en geestelijken landde bij het gewone volk, ook in het leger?

„Ik heb dat niet direct onderzocht. Wel weet ik wat veldpredikers hier zelf over schreven. De Duitse geestelijken hadden bijvoorbeeld ook als taak om de militairen moed in te spreken, zo van: „Jongens, hou vol.” Maar een van hen schreef in zijn dagboek: „Zodra ik in een toespraak begon over „durchhalten”, volhouden, verslapte de aandacht, of begon men te morren.”

Kunt u nog een conclusie van uw proefschrift noemen?

„Een belangrijk onderdeel is verder het dagelijks werk van de veldprediker. Ook dat terrein was nog amper onderzocht. Ik beschrijf hoe zij als herders fungeerden, begrafenissen leidden, pastoraal werk deden. Maar daarnaast moesten zij er dus voor zorgen dat het moreel in het leger hoog bleef, bijvoorbeeld door achter het front theatervoorstellingen te organiseren. Sommigen hadden ook snoep bij zich, chocolade, sigaretten. Dat leidde bij de veldpredikers weleens tot frustratie: „Voor sigaretten kan ik de mensen wel interesseren, maar voor mijn eigenlijke werk heeft niemand belangstelling”, schreef iemand. Toch zag je ook dat mensen juist daardoor bij de veldgeestelijken terechtkwamen, dat hun werk voor hen dus wel degelijk zin had.”

Naar aanleiding van een bijeenkomst in Dordrecht waarop ook u sprak, vorig jaar, trok ds. J. M. J. Kieviet in deze krant lijnen naar vandaag: „Met de hand op de Bijbel en onder aanroeping van Gods Naam werd de oorlog legitiem verklaard. Toetsing voor onszelf in 2014. (...) De geest van de tijd wil altijd annexeren.”

„Ik denk inderdaad dat wat je toen zag, niet nieuw was, en er ook altijd zal blijven. Religie blijft een sterk argument, en een debat krijgt snel iets onomkeerbaars als je gaat praten in termen van een absoluut goed en kwaad. Dat leidt ook snel tot heftige emoties. Zelfs de paus kreeg tijdens de Eerste Wereldoorlog onder zijn eigen katholieken geen steun voor zijn oproepen tot een compromisvrede.”

Drs. Hanneke Takken promoveert op kerk, veldpredikers en WO I

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 15 september 2015

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's

Wereldoorlog als „buitenkans” voor kerk

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 15 september 2015

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's