Cham-vloek legitimatie voor Zeeuwse slavenhandel
MIDDELBURG - "Zwarten zijn blank geboren, pas na een paar dagen begint de verkleuring", zegt een scheepskapitein op een dag in 1725. Hij praat op straat in Middelburg met regent De la Rue, die zich wel in zijn uitspraak kan vinden. Het past bij De la Rues idee dat zwarten de nazaten van de vervloekte Cham zijn.
Hoe zit het met de Cham-ideologie? vroeg de Groningse predikant en historicus dr. Leendert J. Joosse zich gisteren op een studiedag over het Zeeuwse slavernijverleden af. Lenen Zeeuwse reders hun argument van de gereformeerde dominee Udemans om zo in slaven te kunnen handelen, zoals lang is gedacht?
Joosse sprak in Middelburg op een door het Roosevelt Study Center georganiseerd congres over slavernij. Vandaag en morgen wordt in de Zeeuwse hoofdstad de internationale "Slavery from within" gehouden, over slavernij en de erfenis ervan in de Atlantische wereld.
Mag een christen in slaven handelen? Dat Zeeuwse predikanten in de zeventiende en de achttiende eeuw over zo'n vraag nadachten, is niet vreemd. Vlissingen en Middelburg zaten tot over hun oren in de slavenhandel. Iets wat bij het grote publiek nog steeds vrijwel onbekend is.
Rond 1600 hadden de Zeeuwen zelf ook niet kunnen vermoeden dat ze zo grondig met slavenhandel en slavernij te maken zouden krijgen. Kort voor de eeuwwisseling, in 1596, vaart een op de Portugezen buitgemaakt schip met ongeveer honderd Afrikaanse slaven de haven van Middelburg binnen. De Rotterdamse schipper wil de slaven verkopen, maar de burgemeester van Middelburg en de Staten van Zeeland verbieden dat. De Nederlanden doen niet aan slavernij. De dominees moeten zondags afkondigen dat de slaven zullen worden vrijgelaten en dat de bevolking hen desgewenst in dienst kan nemen.
Een eeuw later hebben Zeeuwse dominees heel wat meer begrip voor slavernij. Dat heeft alles te maken met de omstandigheden. Zeeuwse kooplieden storten zich in 1730 op de slavenhandel tussen Afrika en Zuid-Amerika. Ze zijn daar al veel langer bij betrokken, want Middelburg heeft een Kamer van de West-Indische Compagnie, die vanaf 1621 het alleenrecht op de slavenhandel heeft. In 1730 verliest de WIC dat monopolie en nemen Zeeuwse kooplieden de touwtjes in handen.
Na 1734 verschepen ze 52 procent van de slaven die op dat moment door Nederlanders worden vervoerd. In totaal gaat het om 180.000 slaven - tegenover 550.000 die Nederlandse handelaren in de hele periode verschepen. Dat laatste cijfer is absoluut gezien eendertigste deel van de huidige Nederlandse bevolking.
Diverse Zeeuwse predikanten buigen zich in deze periode over het slavenvraagstuk. Historicus Joosse liet ze gisteren de revue passeren: Udemans, Georgius de Raad, Johannes Basselier, Smijtegelt, Johannes de Mey en Matheus Gargon. Mannen die de opiniemakers in het Zeeland van hun tijd zijn.
De enige dominee die fel tegen slavenhandel is, is Smijtegelt. Hij vindt het een grote zonde om mensen te verkopen, te vervoeren en een deel van hen te vermoorden. Andere predikanten lijken de handel vrij snel te accepteren en filosoferen dan bijvoorbeeld over bekeringen tot het christendom.
Joosse bestrijdt dat het argument van de Cham-vloek uit Udemans' koker komt. "Dat is lang gedacht, maar nergens terug te vinden. Udemans legt wel een verband tussen slavernij en Cham, maar niet tussen Cham en West-Afrika of de moren. Ook spreekt hij niet in termen van huidskleur, laat staan dat hij daaraan een vloek verbindt."
Volgens Joosse zijn het vooral kooplieden in de kring van bewindhebbers en coccejaans gekleurde kerkleiders die in de zeventiende en de achttiende eeuw naar het bijbelverhaal over Chams vloek grijpen om zo slavernij en slavenhandel te rechtvaardigen. "In de praktijk speelde de Cham-ideologie een sleutelrol in de acceptatie van slavenhandel."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 juni 2005
Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 juni 2005
Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's