Mbuma-dag rond Paulus’ kernboodschap
URK. „Dit is een getrouw woord en alle aanneming waardig, dat Jezus Christus in de wereld gekomen is om zondaren zalig te maken, van welke ik de voornaamste ben.” Ds. A. van Voorden haalde deze woorden uit 1 Timotheüs 1:15 zaterdag aan tijdens de jaarlijkse Mbuma-zendingsdag te Urk. „Deze tekst is de samenvatting van Paulus’ boodschap.”
Ds. Van Voorden, predikant van de gereformeerde gemeente in Nederland te Opheusden, noemde in zijn openingsgebed de weduwe van de onlangs verdronken Urker schipper Jan de Boer. Deze begeleidde in voorgaande jaren de samenzang tijdens de Mbuma-zendingsdagen in Urk.
De Opheusder predikant verwees in zijn toespraak ook enkele keren naar zijn recente visitatiereis naar het Mbuma-zendingsgebied in Zimbabwe. Hij merkte op onder de indruk te zijn van het oudste kerkhof van het zendingsveld dat hij bezocht. Daar werd hem verteld dat allen die daar begraven waren, in het geloof waren gestorven.
In zijn meditatie benadrukte ds. Van Voorden dat de boodschap van 1 Timotheüs 1:15 zowel in Zimbabwe als in Nederland onverkort dient te klinken.
Aannemen
Ds. H. Zweistra, predikant van de hersteld hervormde gemeente te Nederhemert, mediteerde over Handelingen 2:37-42. Hij stond in het bijzonder stil bij vers 41: „Die dan zijn woord gaarne aannamen.” In aansluiting bij de vorige meditatie stelde ds. Zweistra dat „in de verkondiging van Gods vrije genade niemand wordt buitengesloten dan die zichzelf buitensluit. Zalig worden is uit louter genade, maar verloren gaan is door eigen schuld.”
Volgens de predikant werden de hoorders op de Pinksterdag eerst aangeklaagd. Voor verslagen en verwonde zielen klinkt dan ook de toezegging van Gods weldaden. Het „gaarne aannemen van het woord Gods” is een werk van Gods Geest. „Dit aannemen is geenszins remonstrants”, zei ds. Zweistra, „want bij aanvaarding van het oordeel geeft de Heilige Geest ook een hand om de beloften aan te nemen.”
Ds. B. J. van Boven, predikant van de gereformeerde gemeente te De Valk-Wekerom, mediteerde ’s middags over het geloof van Noach, naar aanleiding van Genesis 6 en Hebreeën 11:7. Hij typeerde Noach als „een eenzame zendeling in de bange tijd voorafgaande aan de zondvloed.”
De tijd van Noach was, aldus ds. Van Boven, de tijd van de reuzen op allerlei gebied, zoals muziek en cultuur. Vooral waren dezen echter reuzen in de zonde.
Hebreeën 11 karakteriseert Noachs leven met drie aanduidingen: hij kende Gods stem, hij kende het geloof en hij vreesde de Heere. Noach stichtte ondanks de goddeloze tijd een gezin.
Volgens ds. Van Boven kreeg Noach van God de opdracht tot het bouwen van de ark. „God Zelf gaf ook de maten voor de ark, maar niet met de bedoeling die na te bouwen. Nabouwen van de ark is ongeoorloofd en spottend.”
De ark als beeld van de doop en Christus was tevens Noachs wijze van zending bedrijven. Ds. Van Boven: „Met het bouwen van de ark toonde Noach aan de buitenwereld enerzijds zijn geloof, maar anderzijds werd daarmee ook de wereld veroordeeld.”
De Mbuma-zendingsdag trok zo’n 900 belangstellenden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 3 augustus 2015
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 3 augustus 2015
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's