„Het is allemaal Dei gratia”
Emeritus predikant J. Vroegindeweij uit Bilthoven herdenkt vijftigjarig ambtsjubileum
BILTHOVEN – „Hier zit geen groot gelovige maar een zondaar die in alles van God afhankelijk is. Dat zegt ds. J. Vroegindeweij, hervormd emeritus predikant uit Bilthoven, die gisteren vijftig jaar in het ambt stond.
Het huis aan de voorname Soestdijkseweg draagt de naam Dei Gratia (door Gods genade). „Het is allemaal genade: dat ik vijftig jaar predikant mag zijn, dat ik in dit mooie huis mag wonen, dat ik weer redelijk gezond mag zijn en dat ik, arme zondaar, een kind van de Heere mag zijn. Ik geloof, kom mijn ongelovigheid te hulp.”
Ds. Vroegindeweij is redelijk gezond en gaat nog regelmatig voor in diverse gemeenten in de omgeving. Daar zag het een aantal jaren geleden niet naar uit. Hij heeft niet alleen drie keer een hartinfarct gehad, maar is ook hersteld van kanker in de dikke darm.
Afhankelijkheid
„Toen ik ernstig ziek in bed lag en niet meer wist of ik ooit zou herstellen, kwamen er kort na elkaar drie mensen aan mijn bed met dezelfde tekst. Alle drie noemden ze, onafhankelijk van elkaar, Jesaja 40:31: „Maar die de Heere verwachten, zullen de kracht vernieuwen; zij zullen opvaren met vleugelen gelijk de arenden, zij zullen lopen en niet moede worden, zij zullen wandelen en niet mat worden.”
Mijn vrouw las diezelfde avond dit gedeelte op aanwijzing van het dagboekje van de GZB. De Heere bemoedigde ons door die tekst, waarover indertijd ook mijn proefpreek ging. Ik ben daarna geopereerd, mijn dikke darm is weggehaald en uiteindelijk ben ik weer redelijk opgeknapt, ook al blijft mijn gezondheid zwak.”
Ds. Vroegindeweij benadrukt een afhankelijke houding in alle dingen van het leven. „Vanmorgen voelde ik me een beetje koortsig. Toen lazen we aan tafel over de schoonmoeder van Petrus, die ook koorts had. Op het woord van de Heere Jezus verdween de koorts. We hebben gebeden of Hij mijn koorts wilde wegnemen en dat is ook gebeurd. We moeten niet te gering van de Heere denken in het dagelijks leven.”
Catechismus
De predikant staat een afhankelijk en nederig christenleven voor, zoals dat in de Heidelbergse Catechismus naar voren komt.
Hij citeert de antwoorden 126 en 127 uit zijn hoofd: „Wil ons, arme zondaren, al onze misdaden, en ook onze boosheid, die ons altijd aanhangt, om des bloeds van Christus’ wil niet toerekenen.” En: „Dewijl wij van onszelf alzo zwak zijn, dat wij niet één ogenblik zouden kunnen bestaan (…), zo wil ons toch staande houden en sterken door de kracht uws Heiligen Geestes.”
Ds. Vroegindeweij: „Deze ootmoedige toon is kenmerkend voor de Heidelbergse Catechismus. Daarin gaat het niet om een christen die het allemaal steeds beter lukt, maar om een christen die blijvend afhankelijk is van de Heere. Hier zit geen groot gelovige maar iemand die zonder de Heere niets kan.
De catechismus is overigens niet alleen van belang voor de prediking maar ook voor de catechese. Het is belangrijker dat de jongeren tijdens de catechisatie de Bijbelse leer leren dan dat ze over allerlei onderwerpen discussiëren. Het is te hopen dat er aandacht blijft voor het leeraspect.”
De predikant is beducht voor een verbondsmatige prediking, waarbij bekering en geloof niet nodig zijn. „Van onszelf zijn we geen parel in Gods hand. Je kunt niet iedere kerkganger voor een gelovige houden. Ook Gods kinderen hebben geen schoonheid van zichzelf. Ze zijn verloren zondaren buiten Christus.”
Herdenkingsdienst
Gisteren preekte ds. Vroegindeweij tijdens een herdenkingsdienst in zijn eerste gemeente, Goudswaard, over 1 Korinthe 3:6: „Ik heb geplant, Apollos heeft nat gemaakt; maar God heeft de wasdom gegeven.”
Ds. Vroegindeweij: „Dei Gratia. Wij moeten het van de Heere verwachten en zijn afhankelijk van het werk van de Heilige Geest. Ik heb contact met twee Zwitserse predikanten. De één betrok in een preek de volgende uitspraak over zijn auto op de Heilige Geest: „Wenn da kein Benzin in ist, dann rollt er kein Zentimeter” (Als er geen benzine in zit, rijdt hij geen centimeter). Zo hebben we in alles de leiding van Gods Geest nodig.”
Ds. J. Vroegindeweij
Jan Vroegindeweij werd in 1937 in Reeuwijk geboren. Als zoon van ds. W. (Wouter) Vroegindeweij heette hij naar zijn opa Jan Vroegindeweij, oefenaar in Middelharnis en vader van een bekend predikantengeslacht. Vier zonen en vijf kleinzonen werden predikant, drie kleindochters trouwden met een predikant.
Ds. Wouter Vroegindeweij bevestigde zijn zoon Jan in alle gemeenten die hij diende. Jan, op zijn beurt, bevestigde zijn vader in diens laatste gemeente, Bergambacht (1963).
Jan Vroegindeweij studeerde theologie in Utrecht en nam in 1963 een beroep aan naar Goudswaard. In 1967 volgde Harskamp op de Veluwe. Deze gemeente was lang een evangelisatie van Otterlo geweest. Ds. Vroegindeweij was er de eerste predikant. In 1972 volgde Katwijk, waar hij tot zijn emeritaat in 1999 stond. In alle drie de gemeenten heeft de kerkelijke strijd zijn sporen getrokken. Het heeft het predikantsechtpaar er niet van weerhouden goede contacten aan te houden. „We kijken bij onze vriendschappen niet naar de kerkelijke achtergrond maar naar de mensen.”
Ds. Vroegindewij en zijn vrouw hebben 6 kinderen en 27 kleinkinderen. Een zoon zit voor de SGP in de gemeenteraad van Katwijk, een schoonzoon is predikant en een schoonzoon gaat voor in dovendiensten.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 18 februari 2013
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 18 februari 2013
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's