In gevecht met de natuur
Neem een stukje landschap, wat bomen en vogels, een handjevol historie en nostalgie en een dramatische ontwikkeling in je persoonlijk leven. Roer al die ingrediënten goed door elkaar, kijk ernaar en probeer alles wat je ziet en voelt zo treffend mogelijk onder woorden te brengen. Succes verzekerd.
Het is wat mensen van vandaag lezen willen: boeken die natuur, geschiedenis, literatuur en persoonlijk leven met elkaar verbinden. Het Engelse taalgebied heeft er een eigen term voor, ”new nature writing”, en schrijvers die zich ermee bezighouden raakten de afgelopen zomer in het opinieblad The New Statesman zelfs verwikkeld in een fel debat over de richting die ze met hun boeken zouden moeten inslaan.
De ene partij vaart een politieke koers en vindt dat het te vaak blijft bij ouderwetse, romantische ‘feel good’-boeken over het platteland. Troostliteratuur, met een aantrekkelijke groene achtergrond, die afleidt van de waarheid dat het helemaal niet goed gaat met natuur en landschap. Intussen vaart de andere partij een literaire koers: boeken moeten geen al te uitgesproken politieke doelstellingen hebben, ze zetten hun lezers op een stille, indirecte manier vanzelf wel aan het denken.
Tegen de achtergrond van die discussie verschenen de afgelopen maand twee belangrijke boeken: ”De H is van havik” van de Britse schrijfster Helen Macdonald en ”Dit is mijn hof” van de Vlaamse journalist Chris de Stoop. Van allebei valt te voorspellen dat ze bestsellers zullen worden. Ze zijn ook allebei de moeite van het lezen zeker waard omdat ze geschreven zijn door auteurs die de dingen voortreffelijk onder woorden kunnen brengen.
”H is for Hawk” van Helen Macdonald, nu vertaald als ”De H is van havik”, is een van de beroemdste boeken van het jaar. Het won in Engeland al verschillende grote prijzen, en is inmiddels zijn zegetocht over het vasteland begonnen. Helen Macdonald vertelt er haar eigen verhaal in: hoe ze, om het verlies van haar vader te verwerken, een jonge havik gaat temmen.
Het is fascinerend om te lezen hoe ze, met eindeloos geduld, de vogel probeert ‘zeeg’ te maken. „Je hebt een havik op je vuist. Ze is roerloos en staat strak als het uitgerekte elastiek van een katapult. Onder haar enorme, scherpe klauwen ligt een homp rauwe biefstuk. Je probeert haar ernaar te laten kijken, niet naar jou, omdat je weet –ook al heb je niet gekeken– dat haar blik uit pure angst op jou is gefixeerd. Het enige wat je hoort is het vochtige klik, klik, klik van haar knipperende oogleden.”
Maandenlang draait haar leven om de havik, die alle aandacht naar zich toe trekt. Ze heeft geen huis, geen baan, geen gezin en geen man. Nadat ze maanden met de vogel doorgebracht heeft, dag en nacht, heeft ze het gevoel zélf in een havik te veranderen. Ze sluit zich af voor de mensen en kijkt en reageert zoals haar havik dat doet. Maar ze denkt intussen ook aan het verlies van haar vader en aan het ongelukkige verhaal van de schrijver T. H. White, die net als zij een havik probeerde te temmen en er een boek over schreef (”The Goshawk”, 1951).
Die drie verhaallijnen worden fraai met elkaar verweven in ”De H is van havik”. Het is veel meer dan zomaar een natuurboek. Het gaat over angst, woede, roofzucht, dood en leven. Het laat je nadenken over wie je bent en hoe je met de wereld om je heen omgaat. Je maakt mét de schrijfster een ontdekkingsreis die leidt naar dat ene inzicht: „Handen zijn er om andere mensenhanden vast te houden. Ze zijn niet bedoeld om de nek van een konijn te breken.”
Het maakt ”De H is van havik” tot een bijna religieus boek, al komt God alleen ter sprake in de vorm van een enkele krachtterm. Het biedt geen uitweg, maar het vult een bepaalde leegte. Met zijn uitzonderlijk prachtige natuur- en landschapsbeschrijvingen roept het iets op van een geheim, iets heiligs en schitterends en duisters wat wij nooit helemaal kunnen begrijpen.
Iets daarvan valt ook terug te vinden in ”Dit is mijn hof” van Chris de Stoop. Hoewel het een heel ander boek is, dat veel duidelijker politiek stelling neemt en in de praktijk iets wil veranderen aan alles wat het beschreven landschap overkomt, zijn ook in dit verhaal heel veel prachtige taferelen te vinden. Maar er zit een duisterder en treuriger ondertoon in: „Een bloeiende boomgaard, een wiegend korenveld, een weiland vol koeien, dat is nu geen echte natuur meer, weet Roger intussen. Hij kijkt mistroostig naar de tractoren die nog altijd door de straat denderen. „Kijk, ze zijn weer natuur aan het maken”.”
De Stoop beschrijft de ongelijke strijd van de boeren uit de Prosper- en Hedwigepolder tegen de oprukkende ‘wilde’ natuur die van overheidswege aangelegd wordt. De boeren verliezen, natuurlijk, en ze houden alleen het verdriet en de herinneringen en de wrok over. Wie dit verhaal leest, raakt zelf ook verbijsterd door wat er gebeurt. Alles moet wijken voor de kluut, de grutto en de rugstreeppad, en dat er in het voorbijgaan eeuwenoude sporen in het landschap worden uitgewist, dat maakt niet uit.
De Stoops sympathie ligt duidelijk bij de boeren bij wie hij zelf ook hoort: tijdens het schrijven van dit boek woont hij in de voorvaderlijke boerderij, terwijl zijn moeder in het verpleeghuis vecht tegen de dood. Misschien is het een beetje te veel boerenromantiek: de brave boer tegenover de boze natuurbeschermer – de zaken zouden zomaar ingewikkelder kunnen liggen dan je hier leest. Niettemin is dit verhaal een monument voor de strijd die hier, in het land van de vos Reynaert, al eeuwen gevoerd wordt: ”het hof” tegen ”de wildernis”.
Er zijn veel redenen te bedenken waarom dergelijke boeken aanslaan. Ze beschrijven de strijd van de eenzame mens met de ‘wilde’ natuur. Ze gaan over eigen land en eigen plattelandscultuur, en hoewel we allemaal vuurbang zijn voor gedachten aan ”Blut und Boden” willen we in een tijd vol cultuurbotsingen toch ook graag weten wie we zélf zijn. Maar bovenal: met hun poëtische taal en hun hang naar geschiedenis weten ze –tégen het gemechaniseerde wereldbeeld in– natuur en landschap om ons heen opnieuw te betoveren.
”De H is van havik”, Helen Macdonald; uitg. De Bezige Bij, Amsterdam; ISBN 978 90 234 9241 2; 350 blz.; € 19,90; ”Dit is mijn hof”, Chris de Stoop; uitg. De Bezige Bij, Amsterdam; ISBN 978 90 234 9321 1; 286 blz.; € 19,90.
Enny de Bruijn bespreekt actuele publicaties
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 oktober 2015
Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 oktober 2015
Reformatorisch Dagblad | 22 Pagina's