Adriaan Blankenstein; van Leids organist tot clavecimbelbouwer
Het clavecimbel: een terreinwinnend instrument
Er zijn in het muziekleven personen die grote bekendheid genieten, hetzij als uitvoerend, hetzij als scheppend kunstenaar. Sommige van deze musici schijnen opeens uit het openbare muziekleven te verdwijnen. Werd hun naam tot voor enkele jaren terug nog regelmatig in de concertagenda's vermeld, opeens komt daar dan een eind aan. Zo was dat ook bij de organist Adriaan Blankenstein. Tot voor enkele jaren geleden was hij hoofdorganist van het beroemde orgel in de Pieterskerk van Leiden, als opvolger van de legendarische musicus Leo Mens.
Ook Adriaan Blankenstein werd een organist met landelijke bekendheid en zijn vele orgelbespelingen werden druk bezocht. Wanneer deze kerk- en concertorganist zijn carrière steeds meer ziet uitgroeien, wordt hem dit plotseling onmogelijk gemaakt. Niet vanwege het feit dat zijn concerten minder op prijs werden gesteld, doch de kerk waar hij zijn lessen gaf, zijn vele kerkdiensten speelde en drukbezochte orgelbespelingen verzorgde, werd gesloten. En een orgel van een importantie als het Pieterskerkorgel was niet voorhanden. Voor Adriaan Blankenstein scheen het kunstenaarsleven een abrupt einde te hebben genomen.
De naam Adriaan Blankenstein verdween uit Leiden en uit het Leidse muziekleven. Doch in een geheel ander deel van het land, in het Overijsselse Hardenberg, dook zijn naam weer op; Nu niet als organist, doch als maker van clavecimbels. Alle reden om hem daar eens op te zoeken en de instrumenten die door hem worden gemaakt in ogenschouw te nemen.
Opmerkelijk
In de Saturnusstraat 39 domineert een prachtig door Adriaan Blankenstein gemaakt clavecimbel. Het gesprek wordt hoofdzakelijk over het clavecimbel en zijn geschiedenis gevoerd. (Het is overigens opmerkelijk hoeveel mensen zich momenteel weer tot dit klassieke instrument aangetrokken voelen).
Waren het clavecimbel en het clavichord, voordat zij rond 1800 door de veelzijdiger piano werden vervangen, de voornaamste instrumenten, heden ten dage zien we een hernieuwde belangstelling voor zowel de muziek als de instrumenten uit de barokperiode. Het clavecimbel nam een vooraanstaande plaats in bij de muziekpraktijk van de zeventiende en achttiende eeuw. Bijna elk ensemble kende een clavecimbel om de harmonie te ondersteunen en te versterken. De heldere, doordringende klank maakte het zeer geschikt als solo-instrument. Vooral Joh. Seb. Bach heeft veel composities voor het clavecimbel geschreven. We behoeven,alleen maar te denken aan: „Das Wohltemperierte Klavier" (48 preludes en fuga's). Twee- en driestemmige Inventionen, De Goldberg Variaties en zo meer.
Ook andere componisten als Georg Friedrich Handel, Francois Couperin en John Bull hebben veel voor dit instrument gecomponeerd. Het is een ideaal instrument voor de uitvoering van de contrapuntische muziek uit de barokperiode, aangezien de lagere toongebieden een bijzonder duidelijk profiel krijgen. Grote clavecimbels hebben dikwijls meer dan één toetsenbord of manuaal. Het is een bijzonder boeiend instrument waarover in bijvoorbeeld „Het muziekboek" (uitgave Zomer & Keuning - Wageningen) meer gegevens zijn te vinden. Behalve kunstenaars die zich sterk tot dit instrument aangetrokken voelden, gaf Adriaan Blankenstein, naast het bespelen van het clavecimbel, ook de voorkeur aan het maken van clavecimbels. Het levenslang lesgeven aan orgelleerlingen op elektronische orgels trok hem in 't geheel niet aan.
Een speciale studie wijdde hij aan de historie van het clavecimbel en reisde daarvoor naar diverse grote musea in binnen- en buitenland. Hier werden opmetingen gedaan, clavecimbels van grote bouwmeesters als Ruckers, in tekening gebracht. IJverig werd gezocht naar het geheim van de klankschoonheid van deze oude clavecimbels. Deze voorwerpen van kunst en muzikaliteit uit de zeventiende en achttiende eeuw gingen van toen af het leven van Adriaan Blankenstein beheersen. Een kopie van zo'n clavecimbel staat in de huiskamer van deze oud-organist van de Leidse hoofdkerk. Niet alleen de fraaie vormgeving valt hierbij op, doch ook de klank mag met name het predikaat „schitterend" voeren. Een diepe, warme klank geeft duidelijk weef dat met veel liefde en zorg aan dit instrument is gewerkt. Het klankbord is eveneens in stijl beschilderd door de kunstschilder Jan Overbeeke uit Apeldoorn.
Adriaan Blankenstein weet boeiend over het clavecimbel te vertellen en over de instrumenten die hij zelf heeft gebouwd. Albums vol foto's van clavecimbels in de diverse musea maar ook van door hemzelf gebouwde instrumenten, worden getoond. Nogmaals wordt het instrument in de huiskamer bespeeld. Wanneer een dergelijk klassiek instrument tot klinken wordt gebracht door een meesterlijke hand als die van Adriaan Blankenstein is men geneigd te zeggen dat men de piano niet had behoeven uit te vinden.
Verlangen
Wanneer Adriaan Blankenstein gevraagd wordt of hij het orgel niet mist, komt er een nadenkende trek op zijn gezicht. „Ja toch wel, maar ik heb mij desondanks geheel verdiept in het clavecimbel. Ik vind dat een waardige vervanging voor mijn muziekuitingen." Een grote foto van het orgel van de Pieterskerk die in de woonkamer een centrale plaats inneemt, geeft echter duidelijk aan dat hij „zijn" belangwekkende orgel nog niet is vergeten.
We nemen afscheid van een organist die noodgedwongen het orgel moest afstaan maar zich geheel ging toeleggen op het zelf vervaardigen van instrumenten die het beluisteren tot een genoegen maken en die hun weg naar de ware muziekliefhebber zeker zullen vinden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 23 oktober 1984
Reformatorisch Dagblad | 40 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 23 oktober 1984
Reformatorisch Dagblad | 40 Pagina's