Jagen naar heiliging
J. I. Packer (1926) was enige tijd predikant in Birmingham, docent in Oxford en is sinds 1978 hoogleraar in Vancouver (Canada). Het lezen van de Puriteinen (met name John Owens' verhandeling over de inwonende zonde) betekende een keerpunt in zijn leven. Packer ontdekte dat dogmatiek geen droge wetenschap is, maar een uiterst praktische studie, gericht op het leren kennen van de levende God. Het ongekend diepe inzicht dat de Puriteinen hadden in de menselijke ziel stimuleerde hem enorm in zijn eigen geestelijke ontwikkeling. Juist vanwege zijn verbondenheid met de puriteinse traditie bleef hij binnen de Anglicaanse Kerk (dit in tegenstelling tot bv. Martyn Lloyd-Jones, een geestverwant). Binnen deze kerk blijvend, wilde hij opkomen voor de waarheden van de Reformatie. Waar vele evangelicalen geen heil meer zagen in de Church of England, zocht Packer liever een hervorming van binnenuit dan een aanval van buitenaf. Binnen de Anglicaanse Kerk gold hij als een van de meest vooraanstaande 'evangelicals'. Samen met Martyn Lloyd-Jones heeft Packer de reformatorische theologie in het centrum van de belangstelling geplaatst na een lange periode van vergetelheid.
Zijn bekendste boek tot nu toe is God leren kennen (1973). Binnen tien jaar waren er een half miljoen exemplaren verkocht. Een van de redenen van dit succes was dt het geen theologisch vakboek was, maar een bij uitstek praktisch werk.
Werk
Deze laatste typering geldt zeker ook voor zijn werk Jagen naar heiliging. Het verscheen in 1992 onder de titel Rediscovering Holiness (later onder de titel A Passion for Holiness). Het is ontstaan uit een aantal lezingen. Packer acht het nodig dat wij weer aandacht besteden aan de persoonlijke heiliging waar deze onder bijbelgetrouwe christenen in de westerse wereld zo veralgemeniseerd is.
Christenen worden geroepen tot een heilig leven, maar een feit is dat de belangstelling van christenen voor het najagen van heiligheid verlegd is naar plezier en bevrediging, naar egoïsme en technieken die onmiddellijk succes tot gevolg hebben.
Daad en motivatie
In het eerste hoofdstuk maakt de schrijver duidelijk wat heiliging is en waarom deze zo belangrijk is. Heiliging is zowel een kwestie van daad als van motivatie, gedrag en karakter, goddelijke genade en menselijk streven, toewijding aan God en verplichting aan mensen, zelfdiscipline en zichzelf wegcijferen. Het is een kwestie van een door de Geest geleid onderhouden van de wet, een wandel in de Geest, waarbij de vruchten van de Geest (een gelijkvormigheid en gezindheid als Christus) openbaar worden. Het is helemaal bovennatuurlijk, in de zin dat het door Gods genade tot stand wordt gebracht, en het is volkomen natuurlijk, in de zin dat het ons tot echte mensen maakt (p. 26). Met instemming haalt hij Robert Murray Mc-Cheyne aan: 'De grootste behoefte van mijn gemeente is mijn persoonlijke heiligheid'. Met een reeks van Schriftplaatsen. laat Packer zien dat heiliging een zaak is ons van Godswege geboden.
Noodzaak
In het tweede hoofdstuk gaat de schrijver na waarom heiliging noodzakelijk is. Christenen zijn invaliden in Gods ziekenhuis; patiënten aan de beterende hand, behandeld opdat zij weer op Gods beeld gaan lijken (p. 34). Het nieuwe leven is er al dankzij Christus' verlossingswerk. De Geest van Christus woont in hen, opdat zij vernieuwd worden naar het evenbeeld van Christus van heerlijkheid tot heerlijkheid. De volmaakte heiligheid is nog geen realiteit. Wij jagen dit na, maar voor het heden is ons verlangen daarnaar groter dan het resultaat.
Begin
In een volgend hoofdstuk stelt Packer waar de heiliging mee begint. Hij noemt dan achtereenvolgens: met ontzag vervuld worden voor Gods grootheid, leren dankbaar te zijn, voor de genade, de verheerlijking van Christus, een hartelijk najagen van God en de godzaligheid. Mij trof de waarschuwing voor twee extremen, die beide desastreus zijn. Aan de ene kant de wettische huichelachtigheid van de Farizeeën (God uiterlijk dienen uit innerlijke zelfzuchtige motieven) en aan de andere kant de wetteloze dwaasheid, die de mond vol heeft over liefde en vrijheid, waarbij vergeten wordt dat de door God gegeven wet de norm blijft voor een godvruchtig leven (p. 7S). Meerdere malen citeert Packer de Engelse Puriteinen. De puriteinse theologie stelt dat de zonde in de christen wel van de troon is gestoten, maar nog niet is vernietigd. Nu leeft de zonde als het ware op zichzelf verder, terwijl hij probeert zijn verloren domein weer te veroveren (p. 85).
Groei in de diepte
Een apart hoofdstuk wijdt hij aan wat hij noemt: groeien in de diepte. Wij moeten ons ervan bewust zijn dat we opgroeien in Christus door naar beneden te groeien in nederigheid. Met groeien in het geloof bedoelt de Bijbel het persoonlijk kleiner worden, waardoor de grootheid van Christus beter tevoorschijn kan komen. Kenmerkend daarvoor is dat we in toenemende mate gaan voelen dat wij in onszelf niets zijn en dat God in Christus in ons leven alles is geworden (p. 96). In dit kader volgt een weergave van Bradford (gestorven in 1555 op de brandstapel). Deze heilige ondertekende zijn brieven met 'de meest ellendige en halfslachtige, ondankbare zondaar'. Hij was zich diep bewust van zijn onvolmaaktheid.
Packer geeft ruime aandacht aan de voortgaande bekering. Hij geeft daarbij een stuk bijbels onderwijs en trekt de lijnen door naar de praktijk. God maakt ons geweten gevoelig, terwijl het satans stragegie is ons geweten te verdraaien en ongevoelig te maken; het relativisme, materialisme, de zelfverheerlijking en de wereldgelijkvormigheid en het hedonisme van de westerse wereld bieden hem alle hulp om dit doel te bereiken (p. 121).
Het groeien naar de gelijkenis van Christus komt met nadruk aan de orde. Er komt een groeien in genade: verandering door toewijding om God. Packer gebruikt het beeld van een kind dat zijn vader wil helpen de schutting te verven. De vader houdt de hand van het kind met de kwast vast en stuurt die, en bij iedere streek zijn beiden actief betrokken. De auteur bespreekt ook een aantal veel voorkomende misvattingen over geestelijke groei: groeien in de genade zou altijd zichtbaar zijn, uniform, automatisch, beschermt tegen spanningen en moeite, kan bevorderd worden door zich te onttrekken aan moeilijke omstandigheden. Op blz. 150 noemt hij een vijftal kenmerken van groei in de genade van een christelijk karakter en in de gemeenschap met God. Daarbij noemt hij als eerste een groeiende blijdschap in het prijzen van God en een toenemende hekel aan het prijzen van onszelf. Heel praktisch zijn de stelregels die hij geeft vanuit de Bijbel om het hierboven genoemde in praktijk te brengen. Een afsluitend hoofdstuk gaat over de tucht van de volharding. In dit kader worden waardevolle dingen gezegd over het lijden.
Intonatie
We gaven een uitvoerige weergave omdat dit een boek is dat de lezer veel biedt. Packer weet zowel de rechtvaardiging als de heiliging tot hun recht te laten komen. Hij wil voorkomen dat wij met de aandacht voor de heiliging vergeten dat de rechtvaardiging voorop gaat. In deze staat hij dichtbij Calvijn die sprak van een tweevoudige genade. Door deze blijvende aandacht voor de rechtvaardiging vervalt Packer niet in het gevaar van werkheiligheid. Zijn boek heeft (in de goede zin) een duidelijk evangelische intonatie: het munt uit door een bijbels gehalte en een praktische inslag, zoals dat voor de Angelsaksische literatuur vaak kenmerkend is. Soms dreigt hij wat breedsprakig te worden, zodat de vaart er wat uit raakt. Een boek van goede bijbelse kwaliteit dat ik met grote interesse en ook met zegen heb gelezen. Het is een uitgave van Barnabas (een gezamenlijke opzet van Groen en Medema).
N.a.v. J. I. Packer, Jagen naar heiliging, uitgave Barnabas, Leiden 1996, 218 blz., ƒ 39,95.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 januari 1998
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 januari 1998
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's