Dhr. T. Klok deed intrede in oud ger. gem. Kinderdijk

's Avonds deed de heer Klok intrede met de woorden uit Kolossensen 3:2-4. Allereerst wees dhr. Klok op de noodzaak van altijd vermaand te worden om aan te houden in het gebed. „Er wordt veel gebeden, maar het zijn maar weinig gebeden van de Heere. Het zijn vaak harteloze gebeden. Het gebed is echter noodzakelijk vanwege de vijanden. Bidden, waken en dankzegging zijn aan elkaar verbonden. Als de Heere ons eens wakende maakt, dan krijgen we het besef dat we niet wakende zijn. Wij worden beschaamd ten opzichte van het gebedsleven".

Deze woorden spreken voorts van een diepe afhankelijkheid. Paulus had het gebed van de Kolossensen nodig, opdat God door middel daarvan de deur des Woords wilde openen. Paulus begeerde de opening van de deur des Woords om te spreken van de verborgenheid van Christus. „Door eigen schuld wordt die deur steeds gesloten. Wij zijn vaak inwendig gebonden en hebben geen opening, maar de Leeuw uit Juda's stam kan de deur openen, zodat we in deze tijd nog zegen en vloek kunnen verkondigen'', aldus de heer Klok.

Na de predikatie volgden de gebruikelijke toespraken, waarna ouderling A. Stam de gemeente de heer Klok liet toezingen Psalm 20 vers 1.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen