Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Minister Borst van volksgezondheid sympathiek maar erg ruimdenkend

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Minister Borst van volksgezondheid sympathiek maar erg ruimdenkend

Deskundigheid van bewindsvrouw wordt breed gewaardeerd

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Over minister Borst van volksgezondheid, welzijn en sport wordt binnen en buiten de Tweede Kamer met respect gesproken. De bewindsvrouw is symphatiek, kan goed luisteren naar anderen en weet waar ze over spreekt. Ze heeft echter wel erg ruime opvattingen over euthanasie. Om tot nog verdere verlegging van grenzen te komen heeft ze haar eigen levenseinde bij de discussie betrokken.

De 63-jarige Els Borst-Eilers, lid van D66, verdedigt deze week haar eerste begroting van volksgezondheid in de Kamer. Vorig jaar heeft ze uiteraard ook deelgenomen aan de begrotingsdiscussie, maar toen was ze nog maar net in functie en in de begrotingsstukken heeft ze toen slechts enkele wijzigingen kunnen aanbrengen.

Wat na een jaar vooral opvalt, is haar deskundigheid op het terrein van de volksgezondheid. De deskundigheid van de minister is verklaarbaar. Ze heeft een opleiding tot arts gevolgd en was werkzaam als arts-assistent in het Onze Lieve Vrouwegasthuis in Utrecht en daarna als wetenschappelijk medewerker bij de Bloedtransfusiedienst Rode Kruis en de Universiteit Utrecht. Vervolgens werd ze medisch directeur van het Academisch Ziekenhuis Utrecht en vice-voorzitter van de gezondheidsraad. Mevrouw Borst is gepromoveerd en was ook enige tijd bijzonder hoogleraar.

Geen wonder dat de medische wereld enthousiast was bij haar aantreden. Men roemde naast haar deskundigheid en de efficiënte wijze waarop ze werkt, haar vriendelijkheid en correcte manier van omgaan met mensen. Bovendien blijft ze wie ze is: een gewone vrouw, die niet de neiging heeft zich te beroemen op haar vooraanstaande positie.

Minister Borst heeft deze hooggespannen verwachtingen op geen enkel onderdeel beschaamd, zo blijkt na ruim een jaar regeren. De bewindsvrouw houdt zich in het politieke debat goed staande en luistert echt naar de argumenten van anderen. Zo bleek ze bijvoorbeeld bereid om na een beroep daartoe van RPF-senator Schuurman, te onderzoeken of het inderdaad vrijwel niet voorkomt dat er christenen tot gynaecoloog worden opgeleid.

Jammerlijk

Tot nu toe is het op het terrein van de volksgezondheid behoorlijk rustig, zeker in vergelijking tot hetgeen zich in de vorige kabinetsperiode afspeelde. Dat heeft vooral te maken met de geringere ambities die dit kabinet zichzelf heeft gesteld. Het derde kabinet- Lubbers moest en zou een volksverzekering voor de ziektekosten in het leven roepen. Dat mislukte jammerlijk.

Minister Borst kijkt daar anders tegenaan. In de eerste ontmoeting die zij als bewindsvrouw met de pers had, vergeleek ze de volksgezondheid met de Deltawerken. Die zijn in principe klaar, maar er is hier en daar nog wel onderhoud nodig. Maar let wel: het doel om te komen tot één basisverzekering, waarin dus ziekenfondspatiënten en particulier verzekerden worden ondergebracht, is nog steeds niet uit het zicht verdwenen. Het tempo is aangepast en er wordt heel goed naar het draagvlak gekeken.

De moeilijkse opgave voor de minister is het in de hand houden van de groei in de gezondheidszorg. Van het kabinet mag het budget jaarlijks met 1,3 procent toenemen, maar er bestaan grote twijfels of dat haalbaar is. Borst vangt een deel van de extra groei op door patiënten en consumenten hogere eigen bijdragen te laten betalen of sommige zaken helemaal uit het vergoedingenpakket te halen. Daar kan ze natuurlijk niet mee doorgaan.

Opvoeding

Minister Borst-Eilers is niet bewust kerkelijk opgevoed. Haar vader en moeder waren wel belijdend lid van de Hervormde Kerk, maar hebben de vaderlandse kerk vaarwel gezegd. Over het klimaat en de traditie waarin Els Eilers is opgegroeid, zei ze begin dit jaar: „Eerlijkheid was daarin belangrijk, evenals rechtvaardigheid en fatsoen. Ik ben enig kind. Ik denk dat ik een paar heel goede ouders had, met een groot gevoel voor tolerantie. Ze zagen het leven breed. Mijn vader was gedoopt en belijdend lid van de Hervormde Kerk. Hij heeft dat kerkgenootschap verlaten, heeft nog enkele andere geprobeerd, maar kwam tot de conclusie: ‘Waar meer dan drie mensen bij elkaar zitten en hetzelfde geloven, daar begint de onverdraagzaamheid’. Ik ben opgevoed met de stelregel: Doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg. Vooral geen kapsones”.

Toen Els destijds thuiskwam met allemaal achten en negens op haar rapport, wees pa Eilers haar erop dat ze zich daarop niet mocht laten voorstaan. Dat maakte diepe indruk op haar.

In haar huwelijk kreeg mevrouw Borst drie kinderen. Die heeft ze in dezelfde traditie opgevoed. „Ik vind mijn kinderen hardstikke leuke mensen. Verdraagzaamheid heb ik geprobeerd op hen over te dragen, respect voor andere mensen; dat iedereen in wezen gelijkvraardig is. Als ik ze zo hoor praten en bezig zie, dan denk ik dat ik daarin geslaagd ben”, zo zei de bewindsvrouw in februari tegen het damesblad Libelle.

Het gezin van de familie Borst is bijna vergroeid met de geneeskunde. Moeder heeft ondanks de aanwezigheid van kinderen vrijwel steeds parttime in de gezondheidszorg gewerkt. Toen de kinderen groter werden, ging ze weer full-time aan de slag. Twee van de drie kinderen van de bewindsvrouw zijn ook in de volksgezondheid werkzaam. De dochter is patholooganatoom en een zoon is verpleegkundige. De jongste zoon studeert momenteel natuurkunde.

De echtgenote van de bewindsvrouw was ook arts. Hij is zes jaar geleden gestorven aan kanker. Hij heeft de ziekte zeven jaar bewust met zich meegedragen. De overleden echtgenoot van de bewindsvrouw kwam ook uit een ‘gezondheidszorgfamilie’. Hij kwam uit een gezin van acht kinderen, van wie er vijf geneeskunde hebben gestudeerd.

Logeren

Minister Borst maakt er geen geheim van dat ze het ministersambt graag uitoefent, maar ze zegt ook heel eerlijk dat ze het verzoek van D66-leider Van Mierlo om minister te worden, naast zich neer had gelegd als haar man nog had geleefd. „Mijn man was iemand die het niet leuk vond zijn vrouw maar een paar uur per week te zien. Hij hield ervan om met mij over van alles en nog wat te praten. Hij vond het heerlijk om met mij en de kinderen dingen te doen”, zo verklaarde de minister in het feministische blad Opzij.

Niet alleen de relatie met haar man was belangrijk. Minister Borst is gewoon ook een lieve oma voor haar kleinkinderen. Ze verhaalt hoe een kleinkind haar door middel van een kaart feliciteerde met het feit dat ze minister was geworden. Een paar dagen later belt hij op: „Oma, ik nog eens nagedacht. Volgens mij heeft het voor mij vooral nadelen. Ik kan niet meer bij u komen logeren”.

Euthanasie

Minister Borst is lid van D66 en dat heeft ongetwijfeld alles te maken met haar visie op euthanasie. Hoe zij tegen dit vraagstuk aankijkt, vertelt ze ook publiekelijk - en dat is wel een standpunt om van te schrikken. Het ziekteproces van haar man heeft daarbij een rol gespeeld. Zijn leven zou door medici worden beëindigd als het ‘ondraaglijk’ zou worden. Zo ver is het overigens niet gekomen.

Deze ervaring deed mevrouw Borst wel besluiten om lid te worden van de Nederlandse vereniging voor vrijwillige euthanasie. In de laatste maanden heeft de bewindsvrouw tot drie keer toe via de media gezegd dat haar leven beëindigd mag worden als het lijden ondraaglijk zou worden. Hoe erg dit ook is, het is wel toegestaan in Nederland, als tenminste wordt voldaan aan een aantal zorgvuldigheidseisen.

Geheugenverlies

Minister Borst gaat echter nog een stapje verder. Zij vindt dat haar leven ook beëindigd mag worden als haar geheugen in ernstige mate wordt aangetast. „Voor mijn kinderen lijkt het me vreselijk als ze geen verstandig woord meer met hun moeder konden wisselen. Ze zouden wel lief bloemetjes komen brengen, daar ben ik van overtuigd, maar als ik zelf niet meer weet dat het mijn kinderen zijn, moet ik ze dat dan (…) nog aandoen? Ik vind van niet. Ik hang niet zo aan het leven dat ik tot het laatst mogelijke moment de zon wil zien opgaan. Het mag best een keertje afgelopen zijn. Tenslotte moet een mens van ophouden weten”, aldus de bewindsvrouw. Iedereen die beseft dat de Heere het leven geeft en neemt, schrikt als hij of zij een dergelijke uitspraak leest, en zeker als die uit de mond van een dienares van de Kroon komt. Uiteindelijk moeten ook ministers verantwoording afleggen van hun woorden, daden en gedachten. Daarbij komt nog dat de uitspraken van de minister niet stroken met het toch al liberale beleid ten aanzien van euthanasie. Het doden van iemand wordt officieel toegestaan als de betrokkene dat wil en hij of zij ondraaglijk en uitzichtloos lijdt. Dementie of de ziekte van Alzheimer valt daar niet onder.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 4 december 1995

Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's

Minister Borst van volksgezondheid sympathiek maar erg ruimdenkend

Bekijk de hele uitgave van maandag 4 december 1995

Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's