Oefenaar Van Schothorst: groot door eenvoud
Hendrik van Schothorst (1865-1938) was een eenvoudig man, een voorganger met weinig schoolse vorming, maar met veel genade. Ongekunsteld beschrijft hij zijn ellende, zijn zorgen en gemis, zijn toevlucht en zege. Een uniek levensverhaal dat afsteekt naar de diepte.
Het verhaal van Hendrik van Schothorst neemt de lezer mee naar zijn kinderjaren op de boerderij Oud Schothorst te Lunteren, naar zijn schooltijd en zijn werk als schaapherder. Een boekje over Christina van den Brink is het middel tot zijn bekering, die plaatsvindt rond 1880. Dan wordt alles anders. Dat blijkt uit het vierde hoofdstuk, waar Van Schothorst zijn "jongelingsjaren" beschrijft. Jaren gevuld met overtuigingen, teleurstellingen, weggevallen vriendschappen en zijn strijd op kerkelijk gebied.
Van Schothorst, hervormd gedoopt, komt uiteindelijk terecht bij de vrije gemeente van de welbekende en met zijn gezondheid sukkelende ds. Elias Fransen te Barneveld, waar hij diaken wordt. Na het sterven van ds. Fransen krijgt Van Schothorst veel licht in het Woord. De Heere spreekt tot hem uit Psalm 40: "Ik boodschap de gerechtigheid in de grote gemeente; zie, mijn lippen bedwing ik niet." Heel persoonlijk! Gods kinderen weten van zijn roeping. Ouderling Arij Janse uit Meliskerke vraagt het hem in de zomer van 1906 op de man af. Van Schothorst durft, wil, mag en zal het niet ontkennen.
Zijn eerste preekdienst vindt plaats in Beekbergen, "onder veel strijd, beroering en inwendige bespotting." Maar ds. A. Janse troost hem: "Het kan tot bemoediging dienen, maar dat is wondergoed gevallen, jongen." De bemoediging duurt maar kort. Hij ziet op tegen de kerkgangers en tegen het werk. "Eens moest ik naar Leiden en heb ik de hele nacht liggen zuchten en om en om liggen keren op mijn leger." In Enkhuizen is het niet beter: "Daar waren hoge geesten, die bijzonder op een hoge verzekering aandrongen."
Een doorgewinterde Amsterdamse gezelschapsman laat hem nogal ongenuanceerd weten: "Zolang het volk niet aan het eind raakt met kerkjes bouwen en voorgangers maken, verwacht ik geen beterschap van de donkere toestand." Van Schothorst "dacht werkelijk het raam open te schuiven en er vandoor te gaan." Heel Nederland reist hij door. "Ik ben in Friesland geweest waar ik ze niet kon verstaan, in Rijssen waar de mensen zo erg vreemd praten, en in Zeeland waar weer heel erg stijve gewoonten zijn."
Ds. G. H. Kersten overhandigt Van Schothorst op de classis van 26 november 1908 een schriftelijk bewijs van toelating. Hij mag alle gemeenten dienen en zal ook de kersverse opleiding tot predikant moeten volgen. Maar dat valt niet mee: "Ik had iets tegen op een stelselmatige opleiding." Hij wil predikant worden zoals ds. Fransen, ds. Pieneman, ds. Roelofsen, ds. Van Oort, ds. Kersten en ds. Overduin dominee zijn geworden: eerst een gemeente dienen als lerend ouderling en dan, na onderzoek, als predikant.
Ondertussen blijft hij oefenen. Van 1912 tot 1914 is hij voorganger in Amsterdam en Westzaan. Steeds speelt het hardnekkige probleem van zijn studie. "Het is er nooit van gekomen, omdat ik mij er niet toe overgaf om aan de opleiding te beginnen. Niet dat ik tegen leren en onderzoeken ben, maar dat stelselmatige, daar was ik zo tegen. Bovendien had de Heere mij er stilletjes wat tegenover gegeven, namelijk 1 Joh. 2:27."
Niet ieder is daar gelukkig mee. Van Schothorst moet zijn houding op classis en synode verantwoorden. "Waarop ds. Kersten mij graag scheen weg te willen hebben. Doch er kwamen zoveel kerkenraden tegenop, dat ik toegang behouden heb in al de gemeenten om voor te gaan."
Hij blijft oefenen naar hartenlust, in algemene dienst, totdat hij niet meer kan. Op 12 april 1938 neemt de Heere Zijn moegestreden knecht uit het leven weg. Ds. Fraanje, ds. Heikoop en ds. Kok spreken woorden van waardering, hoop en troost.
Het getuigenis van Van Schothorst is "in alle eenvoud en ongewijzigd" weergegeven. De samensteller heeft een fors aantal (169) voetnoten geplaatst, met daarin heldere toelichtingen op het geschrift. Een aantal brieven en twee preken zijn een waardevolle toevoeging. Kortom, een prachtig boek -groot door eenvoud- waarin men de kerk in het hart kijkt. Gods grote daden in een kleine kerkhistorie.
N.a.v. "Uw trouw alleen. Het leven en werk van oefenaar Hendrik van Schothorst", uitg. De Schatkamer, Rumpt, 2006; ISBN 90 5741 301 9; 260 blz.; 22,50.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 3 januari 2007
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 3 januari 2007
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's